Fujifilm FinePix XP90 Manuel Du Propriétaire

Page de 138
4
Voordat u begint
Delen van de camera
 LCD-indicators
 LCD-indicators
Tijdens het maken en afspelen van foto’s kunnen de volgende indicators verschij-
nen. De weergegeven indicators kunnen verschillen naargelang de camera-instel-
lingen.
 
■ Opname
N
10 : 00  AM
10 : 00  AM
12/31/2050
12/31/2050
9
250
250
F4.5
F4.5
P
800
22
33
-1
-1
A Opnamestand .............................................................. 25
B Indicator intelligente gezichtsdetectie ......................... 34
C Opnamestand continu fotograferen ............................. 76
D Indicator stille stand .................................................... 88
E Scherpstelframe ........................................................... 35
F Indicator intern geheugen
 *
G Filmmodus ................................................................... 78
H Resterend aantal opnamen ........................................ 111
I Gevoeligheid ................................................................ 72
J Beeldformaat en -kwaliteit .................................... 73, 74
K Temperatuurwaarschuwing ....................................... 108
L FINEPIX kleur ................................................................ 74
M Witbalans ..................................................................... 75
N Batterijniveau ................................................................ 5
O IS MODE ....................................................................... 92
P Downloadstatus locatiegegevens ................................. 95
Q Belichtingscompensatie ............................................... 37
R Datum en tijd ............................................................... 19
S Onscherptewaarschuwing.................................... 40, 107
T Scherpstellingswaarschuwing.............................. 22, 107
U Datumstempel ............................................................. 95
V Indicator zelfontspanner (Intervalopname / 
Timelapsefi lm) ............................................................. 41
W Macrostand (close-up) ................................................. 38
X Flitsstand ..................................................................... 39
a: duidt aan dat er geen geheugenkaart is geplaatst en dat foto’s in het interne geheugen van de camera worden opgeslagen (P 9); 
knippert geel tijdens het opnemen van beelden. Als er een geheugenkaart is geplaatst, knippert een geel 
b-pictogram in het scherm 
tijdens het opnemen van beelden.