TomTom GO 60 EU 1FC6.002.05 Manuale Utente
Codici prodotto
1FC6.002.05
Het navigatiesysteem in- en uitschakelen
Het navigatiesysteem inschakelen
Druk op de Aan/Uit-knop totdat het navigatiesysteem wordt gestart. Als het navigatiesysteem was
uitgeschakeld, zie je de kaartweergave. Als het navigatiesysteem in de slaapstand stond, zie je het
laatste scherm dat je hebt bekeken.
uitgeschakeld, zie je de kaartweergave. Als het navigatiesysteem in de slaapstand stond, zie je het
laatste scherm dat je hebt bekeken.
De slaapstand inschakelen
Druk op de Aan/Uit-knop en laat deze weer los als je de slaapstand wilt inschakelen.
Je kunt ook langer dan twee seconden op de Aan/Uit-knop drukken, totdat de knoppen Slaapstand
en Schakel uit worden weergegeven. Selecteer
en Schakel uit worden weergegeven. Selecteer
Slaapstand als je de slaapstand wilt inschakelen.
Tip: als je de slaapstand wilt inschakelen wanneer de USB-kabel niet is bevestigd of het
systeem uit de houder wordt verwijderd, ga je naar Batterij-instellingen in het menu Instellingen.
systeem uit de houder wordt verwijderd, ga je naar Batterij-instellingen in het menu Instellingen.
Het navigatiesysteem volledig uitschakelen
Als je het navigatiesysteem volledig wilt uitschakelen, ga je op een van de volgende manieren te
werk:
werk:
Houd de Aan/Uit-knop langer dan twee seconden ingedrukt, totdat de knoppen Slaapstand en
Schakel uit worden weergegeven. Selecteer
Schakel uit worden weergegeven. Selecteer
Schakel uit als je het navigatiesysteem wilt
uitschakelen. Selecteer de knop voor het vorige scherm als je het navigatiesysteem niet wilt
uitschakelen.
uitschakelen.
Houd de Aan/Uit-knop langer dan vijf seconden ingedrukt, totdat het navigatiesysteem wordt
uitgeschakeld.
uitgeschakeld.
Veiligheidsmededeling
Sommige navigatiesystemen bevatten een GSM/GPRS-module die de werking van elektrische
apparaten kan verstoren. Denk hierbij aan pacemakers, gehoorapparaten en apparatuur in
vliegtuigen.
apparaten kan verstoren. Denk hierbij aan pacemakers, gehoorapparaten en apparatuur in
vliegtuigen.
Storing met deze apparatuur kan de gezondheid van gebruikers schaden of levensbedreigende
situaties opleveren.
situaties opleveren.
Als je navigatiesysteem beschikt over een GSM/GPRS-module, gebruik deze dan niet in de
nabijheid van onbeschermde elektrische apparaten of op plaatsen waar het gebruik van mobiele
telefoons verboden is, zoals in ziekenhuizen en vliegtuigen.
nabijheid van onbeschermde elektrische apparaten of op plaatsen waar het gebruik van mobiele
telefoons verboden is, zoals in ziekenhuizen en vliegtuigen.
Installatie
Opmerking: de taal die je kiest, wordt gebruikt voor alle tekst op het scherm. Je kunt de taal later
altijd wijzigen in
altijd wijzigen in
Instellingen.
Als je het navigatiesysteem voor het eerst inschakelt, moet je een aantal vragen beantwoorden om
het systeem in te stellen. Beantwoord de vragen door het scherm aan te raken.
het systeem in te stellen. Beantwoord de vragen door het scherm aan te raken.
8