Eurochron EFWS 600 Wireless Weather Station WSA903 +THX301 Scheda Tecnica

—

Batterien/Akkus gehören nicht in Kinderhände.

—

Achten Sie beim Einlegen der Batterien/Akkus auf die richtige Polung (Plus/+
und Minus/- beachten).

—

Lassen Sie Batterien/Akkus nicht offen herumliegen, es besteht die Gefahr, dass
diese von Kindern oder Haustieren verschluckt werden. Suchen Sie im Falle ei-
nes Verschluckens sofort einen Arzt auf.

—

Ausgelaufene oder beschädigte Batterien/Akkus können bei Berührung mit der
Haut Verätzungen verursachen, benutzen Sie deshalb in diesem Fall geeignete
Schutzhandschuhe.

—

Achten Sie darauf, dass Batterien/Akkus nicht kurzgeschlossen, zerlegt oder
ins Feuer geworfen werden. Es besteht Explosionsgefahr!

—

Herkömmliche Batterien dürfen nicht aufgeladen werden. Es besteht Explosi-
onsgefahr! Laden Sie ausschließlich dafür vorgesehene wiederaufladbare Ak-
kus.

—

Bei längerem Nichtgebrauch (z.B. bei Lagerung) entnehmen Sie die eingeleg-
ten Batterien/Akkus, um Schäden durch auslaufende Batterien/Akkus zu ver-
meiden.

—

Wechseln Sie immer den ganzen Satz Batterien/Akkus aus, verwenden Sie nur
Batterien/Akkus des gleichen Typs/Herstellers und des gleichen Ladezustands
(keine vollen mit halbvollen oder leeren Batterien/Akkus mischen).

—

Mischen Sie niemals Batterien mit Akkus. Verwenden Sie entweder Batterien
oder Akkus.

(

Bitte beachten Sie:
Der Betrieb der Wetterstation und des Außensensors mit Akkus ist grund-
sätzlich möglich.
Durch die geringere Spannung von Akkus (Akku = 1,2 V, Batterie = 1,5 V) und
die geringere Kapazität kommt es jedoch zu einer geringeren Betriebsdau-
er; ebenso kann sich die Funkreichweite verringern.
Bei niedrigen Außentemperaturen sind Akkus empfindlicher als Batterien.
Wir empfehlen Ihnen deshalb, vorzugsweise hochwertige Alkaline-Batterien
zu verwenden, um einen langen und sicheren Betrieb zu ermöglichen.

Für die umweltgerechte Entsorgung von Batterien und Akkus lesen Sie bitte
das Kapitel „Entsorgung“.

De reikwijdte voor de draadloze overdracht van de signalen tussen de buitensensor
en het basisstation bedraagt bij optimale omstandigheden tot en met 75 m. Dit
wordt ook vaak “reikwijdte in het vrije veld” genoemd.

(

Deze ideale positionering (b.v. basisstation en buitensensor op een gladde
en vlakke weide zonder bomen en huizen e.d.) vindt men natuurlijk nauwelijks
in de praktijk.

Het basisstation wordt normaal gezien in een huis en de buitensensor b.v. buiten
naast een raam geplaatst.
De reikwijdte kan soms sterk verminderd worden door:

—

Muren en plafonds met gewapend beton

—

Gecoate/opgedampte ramen met isolatieglas

—

Voertuigen

—

Bomen, struiken, aarde, rotsen

—

Nabijheid t.o.v. metalen en geleidende voorwerpen (b.v. radiatoren)

—

Nabijheid t.o.v. het menselijk lichaam

—

Breedbandstoringen b.v. in woongebieden (DECT telefoons, mobiele telefoons,
draadloze hoofdtelefoons, draadloze luidsprekers, andere draadloze weer-
stations, babyfoons, enz.)

—

Nabijheid t.o.v. elektrische motoren, transformatoren, voedingen, computers

—

Nabijheid t.o.v. slecht afgeschermde of open gebruikte computers of andere
elektrische  apparaten

(

Daar de plaatselijke omstandigheden op elke opstelplaats anders zijn, kan
er geen bepaalde reikwijdte gewaarborgd worden.
Een gebruik in eengezinshuizen is normaal gezien zonder problemen
mogelijk. Als het basisstation geen gegevens van de buitensensor ontvangt
(ondanks nieuwe batterijen), verklein dan de afstand tussen de buitensensor
en het basisstation of verander de opstelplaats.