TomTom GO 500 EU-T/LTM+Traffic/Speak & Go 1FA5.002.09 Manual Do Utilizador

Códigos do produto
1FA5.002.09
Página de 112
74 
 
 
 
  Plaats je GO op armafstand voor je, uit de buurt van de luidsprekers of luchtroosters. 
  Beperk achtergrondgeluid, zoals stemmen of de radio. Als er veel lawaai op de weg is, moet je 
mogelijk in de richting van de microfoon praten. 
  Praat duidelijk en op natuurlijke manier, alsof je tegen een vriend praat. 
  Als je een adres opgeeft, probeer dan geen pauzes of extra woorden in te voegen tussen delen 
van een adres. 
  Zeg 'nummer één' of 'nummer twee' en niet 'één' of 'twee' als je een item zoals een huisnummer 
selecteert in een lijst. 
  Probeer fouten niet te corrigeren, bijvoorbeeld: 'Nummer vier, oh ik bedoel nummer vijf'. 
Belangrijk: stembesturing op je GO is bedoeld voor sprekers die de geselecteerde taal als 
moedertaal hebben en een neutraal accent hebben. Als je een sterk lokaal of buitenlands accent 
hebt, kan het zijn dat stembesturing niet begrijpt wat je zegt. 
 
Waar kun je stembesturing voor gebruiken? 
Om de lijst met beschikbare opdrachten weer te geven, kun je Help selecteren in het hoofdmenu, 
vervolgens Stembesturing en daarna Welke opdrachten kan ik zeggen?
Wanneer stembesturing is ingeschakeld, kun je ook 'Alle opdrachten' zeggen om de lijst met 
beschikbare opdrachten weer te geven.   
Hieronder vind je een aantal opdrachten die je kunt zeggen wanneer spraakbesturing actief is: 
Algemene opdrachten 
  'Help', 'Terug' en 'Annuleer' 
Navigatie en route 
  'Ga naar huis' en 'Reis via huis' 
  'Ga naar een parkeerplaats' en 'Ga naar een benzinestation' 
  'Ga via een parkeerplaats' en 'Ga via een benzinestation' 
  'Geef mijn plaatsen weer' en 'Recente bestemmingen' 
  'Reis via een recente bestemming' en 'Reis via een opgeslagen plaats' 
  'Meld flitser'   
  'Wanneer kom ik aan?' 
  'Markeer de huidige locatie' 
  'Voeg huidige locatie toe aan Mijn plaatsen' 
  'Wis route' 
  'Wat is de volgende instructie?' 
Systeeminstellingen 
  'Volume 70%', 'Volume hoger' en 'Volume lager' 
  'Geluid uit' en 'Geluid aan' 
  'Instructies aan' en 'Instructies uit' 
  'Dagkleuren' en 'Gedempt kleurenscherm' 
  '2D-weergave' en '3D-weergave' 
  'Zoom in' en 'Zoom out' 
 
Opdrachten op verschillende manieren zeggen 
Je GO herkent veel meer woorden dan alleen de woorden die je in de lijst met opdrachten ziet 
staan, dus probeer ook een paar eigen woorden. Je kunt andere woorden zeggen die dezelfde 
betekenis hebben. Bijvoorbeeld: 
  'OK', 'Klopt' of 'Juist' in plaats van 'Ja' als je wilt bevestigen wat je hebt gezegd.