Candy CVG 64 STGB JV Benutzerhandbuch

Seite von 66
30 NL
1. RICHTLIJNEN VOOR DE INSTALLATEUR 
Deze inbouwkookplaten zijn bestemd voor installatie in een werkblad 
dat bestand is tegen temperaturen van 100 °C en een dikte hebben 
tussen 25 en 45 mm. Voor de inbouwmaat dient u zich te houden aan 
de maten zoals aangegeven in figuur 2.
De
 kookplaat dient zo te worden ingebouwd dat er aan de linker- en 
rechterzijde minstens 15 cm. ruimte is tussen kookplaat en kasten of 
verticale panelen (zie figuur 4). De afstand tussen kookplaat en 
achterwand dient minstens 5,5 cm. te zijn.
De afstand tussen de kookplaat en ieder ander apparaat erboven 
(bijv. een afzuigkap) mag nooit kleiner zijn dan 70 cm. (fig. 4)
Wanneer er een ruimte is tussen de inbouw kookplaat en de ruimte 
daaronder moet er een scheidingsplaat van isolatiemateriaal 
geplaatst worden (bijvoorbeeld hout) (figuur 3).
Belangrijk :   op figuur 1   kunt u zien hoe de afdichtingskit moet worden 
aangebracht.
Het vastzetten in het meubel geschiedt door de bijgeleverde 
bevestigingsbeugels die aan de onderzijde op de daarvoor bestemde 
plaats worden vastgedraaid.
Wanneer de kookplaat (60 cm) geïnstalleerd wordt boven een oven 
zonder mantelkoeling, is het aan te bevelen dat er 
ventilatieopeningen worden gemaakt om een goede ventilatie te 
waarborgen.
De afmeting van deze opening dient ten minste 300 cm2 te zijn met 
plaatsing zoals is weergegeven in fig. 5.
2. 
ELEKTRISCH GEDEELTE AANSLUITEN
“ De installatie van het geciteerde apparaat dient overeen te komen 
met de plaatselijk geldende normen.”.
HET INSTALLEREN VAN EEN HUISHOUDELIJK APPARAAT IS EEN COMPLEXE OPERATIE DIE, INDIEN HET NIET CORRECT WORDEN 
UITGEVOERD, ERNSTIGE GEVOLGEN KAN HEBBEN VOOR DE VEILIGHEID VAN DE CONSUMENT. HET IS OM DEZE REDEN DAT DE TAAK 
MOET WORDEN UITGEVOERD DOOR EEN GEKWALIFICEERDE PERSOON DIE DIT TOT UITVOERING ZAL BRENGEN IN OVEREENSTEMMING 
MET DE TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN DIE VAN KRACHT ZIJN. IN HET GEVAL DAT DIT ADVIES WORDT GENEGEERD EN DE INSTALLATIE 
WORDT UITGEVOERD DOOR EEN NIET GEKWALIFICEERD PERSOON, WIJST DE FABRIKANT ELKE VERANTWOORDELIJKHEID AF VOOR ELK 
TECHNISCH DEFECT VAN HET PRODUCT AL DAN NIET LEIDT TOT SCHADE AAN GOEDEREN OF LETSEL AAN PERSONEN.
1.1 INBOUWEN
1.2. 
 DE JUISTE OMGEVING
Dit apparaat moet worden geïnstalleerd in overeenstemming met de 
geldende voorschriften en alleen in een goed geventileerde ruimte. 
Lees de instructies voor het installeren of gebruiken van dit apparaat.
Een gaskookplaat produceert tijdens het gebruik warmte en vocht in 
de ruimte waarin deze is geïnstalleerd. Wilt u zeker zijn van een goede 
ventilatie van de ruimte open daar dan de ventilatieroosters of 
installeer een afzuigkap met een afvoer.
Bij een intensief en langdurig gebruik van het apparaat kan het nodig 
zijn extra te ventileren door bijvoorbeeld een raam open te zetten of de 
afzuigkap op de hoogste stand te zetten. 
Voor de installatie dient u ervoor te zorgen dat de lokale distributie 
omstandigheden (aard van het gas en de gasdruk) en de afstelling 
van het apparaat compatibel zijn. De afstellingsvoorwaarden voor 
deze toepassing worden vermeld op het etiket (of typeplaatje).
Dit apparaat is niet aangesloten op een evacuatiesysteem. Het wordt 
geïnstalleerd en aangesloten in overeenstemming met de huidige 
installatievoorschriften met bijzondere aandacht voor de relevante 
eisen inzake ventilatie.
In het geval dat er geen mogelijkheid is om een afzuigkap te 
installeren, is het nodig een elektrische ventilator te plaatsen, met 
afvoer of in het raam. Deze ventilator moet geschikt zijn voor een 
keuken en een capaciteit hebben van 3 tot 5 maal het volume van 
de keuken per uur. De installateur dient zich te houden aan de 
geldende wetgeving.
ONDERSTROOM
GEAARD
  
NEUTRAAL
L
N
ELECTRICITEITSKABEL
BRUINE DRAAD
GROEN/GELE DRAAD
BLAUWE DRAAD
HOOFDAANVOER
2.2. GAS AANSLUITEN
Het aansluiten van het apparaat op het gasnet of gasflessen dient te 
gebeuren volgens de wettelijk geldende voorschriften.
speciale aandacht zal worden besteed aan voorzieningen voor 
ventilatie. Alle installatie werkzaamheden dienen te worden gedaan 
met de stroom afgekoppeld van het stroomnet.
Op het typeplaatje is aangegeven voor welke type gas dit apparaat 
geschikt is. 
De gasaansluiting dient te gebeuren volgens de voorschriften van het 
land van de installatie, pas nadat u gecontroleerd hebt of het type gas 
uit de fabriek overeenstemt met de installatie. Als dit niet het geval is, 
volgt de onderstaande stappen.
Voor gas-vloeistof (gasfles), gebruik drukregelaars die voldoen aan 
de huidige normen. Gebruik alleen kranen, afdichtingsringen, fittingen 
en flexibele leidingen die voldoen aan de normen in het land van 
installatie. Voor sommige modellen is een conische koppeling 
voorzien voor het installeren van het apparaat, in landen waar dit type 
koppeling is verplicht in figuur 8, is te zien hoe de verschillende 
soorten koppelingen te herkennen (CY = cilindrische, CO = conische) 
in alle gevallen dient het cylindrische gedeelte van de koppeling 
verbonden te worden met de plaat. Wanneer u de kookplaat aansluit 
op de gastoevoer door het gebruik van slangen, mag de maximale 
afstand overbrugd door de slang niet meer dan 2 meter overschrijden.
Om mogelijke schade aan de kookplaat te voorkomen, voert u de 
installatie zoals aangegeven in schema 6:
1) zoals weergegeven in het schema,  monteer de delen 
achtereenvolgens:
A: cilindrische mannelijke adaptor
B: afdichting
C: vrouwelijke gasadaptor cilindrisch-conisch of cilindrisch- 
cilindrisch
2) Draai de dichtingen vast. Denk eraan de buizen in positie te 
zetten.
3) Bevestig de aansluiting C met het gasnet met een vaste buis of 
flexibel staal.
Belangrijk: controleer nadat u alle installatie handelingen heeft 
verricht de aansluitpunten op een goede afsluiting. Gebruik 
hiervoor een zeepsopje. Nooit een vlam. Controleer ook of de 
flexibele slang niet in aanraking komt met bewegende delen van 
de keukenmeubelen zoals een lade zodat de slang wordt 
beschadigd.
Let op: als u een gasgeur ruikt die uit het toestel lijkt te komen, schakel 
dan onmiddellijk de gastoevoer dicht en bel een gekwalificeerde 
persoon. Ga niet op zoek naar een lek met een vlam.
Wanneer die voedingskabel beschadigd is, dient deze vervangen te 
worden door een erkende reparateur, om onnodige risico's te 
vermijden.
De aarde-draad (groen en geel van kleur) moet ten minste 10 mm 
langer zijn dan de beide andere draden. De doorsnee van de kabel 
moet in een goede verhouding staan tot de maximale 
aansluitwaarde van de kookplaat. Zie voor de 
netspanningsgegevens het typeplaatje op de kookplaat en 
controleer of het nieuwe netsnoer van het type H05RRF, H05VV-F, 
F-H05V2v2  is.
In het onwaarschijnlijke geval dat een scheur zou verschijnen op het 
glas, haal onmiddellijk de stekker uit contact en neem contact op met 
de klantenservice. Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik met een 
externe timer of afstandsbediening.
2.1. 
ELEKTRISCH GEDEELTE AANSLUITEN 
Controleer de gegevens op het typeplaatje op het apparaat, die zich 
bevindt aan de binnenzijde onder in de kookplaat, en verzeker u er 
vervolgens van dat het apparaat goed geaard is en gevoed.
Voor het aansluiten, dat wettelijk verplicht is.
Opgelet : controleer de aarding van het apparaat alvorens aan te 
sluiten. De fabrikant is niet verantwoordelijkvoor eventuele materiële 
of persoonlijke schade als gevolg van een gebruik van een niet 
geaard toestel of na beschadiging opgetreden aan het netsnoer.
Voor apparaten zonder stekker dient u een stekker op het 
aansluitsnoer te monteren die het vermogen als aangegeven op 
het typje plaatje kan verwerken. De kabel moet altijd bereikbaar 
zijn. De aarde kabel is uitgevoerd in groengeel.
Wanneer de plaat direct verbonden is met het elektriciteitsnet moet 
een stroomonderbreker geïnstalleerd worden.