Cisco Cisco Agent Desktop 9.0 Betriebsanweisung

Seite von 2
1  
Supervisor Desktop-venster
2  
Werkbalk
Knop
Naam
Sneltoets
Beschrijving
Vernieuwen
Ctrl-F
Hiermee vernieuwt u de informatie in het 
gegevensvenster.
Afmelden
Ctrl-L
Hiermee meldt u de geselecteerde agent af bij de ACD.
Gereed
Ctrl-E
Hiermee plaatst u de geselecteerde agent in de status 
Gereed.
Niet  gereed
Ctrl-N
Hiermee plaatst u de geselecteerde agent in de status Niet 
gereed.
Werk gereed
Ctrl-D
Hiermee plaatst u de geselecteerde agent in de status 
Werk gereed.
Werk niet gereed
Ctrl-Y
Hiermee plaatst u de geselecteerde agent in de status 
Werk niet gereed.
Binnenvallen
Ctrl-B
Hiermee kunt u deelnemen aan het telefoongesprek van 
een agent.
Onderscheppen
Ctrl-I
Hiermee kunt u een telefoongesprek onderscheppen, 
waarbij de agent van het gesprek wordt uitgesloten.
Chatten
Ctrl-J
Hiermee opent u het chatvenster.
Teambericht
Ctrl-X
Hiermee opent u het dialoogvenster Teambericht.
Opname starten
Ctrl-R
Hiermee start u de opname van het geselecteerde 
telefoongesprek (alleen in de versies Uitgebreid en 
Premium ).
Opname stoppen
Ctrl-S
Hiermee stopt u de opname van het geselecteerde 
telefoongesprek. (alleen in de versies Uitgebreid en 
Premium).
Spraakmonitor 
starten
Ctrl-A
Hiermee start u de spraakmonitor voor de geselecteerde 
agent.
Spraakmonitor 
stoppen
Ctrl-P
Hiermee stopt u de spraakmonitor voor de geselecteerde 
agent.
Teamselectie
Vaardighedeng
roepstructuur
Agentstructuur
Statusbalk
Geïntegreerde 
browser, tabblad
Real-time 
schermen in 
grafiek- of 
tabelvorm – welke 
gegevens worden 
weergegeven 
hangt af van welke 
knooppunten zijn 
geselecteerd in de 
vaardighedengroep
- en agentstructuur.
3  
Algemene taken
Voorkeuren instellen
Kies Beeld > Voorkeuren om het dialoogvenster Voorkeuren te openen. Selecteer in 
het linkerdeelvenster het knooppunt waarvan u de real-time schermen wilt 
configureren. De elementen die u voor dat knooppunt kunt configureren, worden in 
het rechterdeelvenster weergegeven. Wijzig de instellingen zoals gewenst en klik op 
Toepassen om de wijzigingen op te slaan.
Een teambericht (TM) versturen
U kunt een teambericht (TM) versturen naar alle agents in een team, ongeacht of ze 
zijn aangemeld bij de ACD, zolang de agent Agent Desktop geopend heeft.
De laatste 10 TM's die u hebt verstuurd, worden opgeslagen zodat u ze nogmaals 
kunt versturen. 
Als u een teambericht wilt versturen, selecteert u het team waaraan u het bericht wilt 
versturen en klikt u op de knop Teambericht. Voer een tijd in waarna het bericht 
vervalt (standaard worden TM's 30 minuten weergegeven), voer uw bericht in het 
tekstinvoervak in en klik op Start.
Klik op Stoppen als u een bericht wilt stopzetten voordat het vervalt.
Chatberichten versturen
U kunt expresberichten versturen naar één of meerdere agents in uw team en naar 
andere supervisors. Zolang Agent Desktop is geopend ontvangen agents uw bericht, 
ongeacht of ze zijn aangemeld bij de ACD.
Als u een chatbericht wilt versturen, klikt u op de knop Chatten. Vervolgens 
dubbelklikt u op de namen van de personen met wie u wilt chatten. Typ uw bericht 
in het venster Chatsessie en klik op Verzenden of druk op Enter. Als u wilt dat uw 
bericht als pop-up op het scherm van de ontvanger verschijnt, schakelt u het 
selectievakje Hoge prioriteit in.
Een webpagina naar een agent pushen
Selecteer de agent die u wilt coachen in de agentstructuur en kies Tussenkomst > 
Coachen door een pagina te pushen
. Voer de URL in van de webpagina die u de agent 
wilt laten zien, selecteer de optie URL bijwerken en klik op Pushen.
Een startpagina voor de geïntegreerde browser configureren
Kies Beeld > Voorkeuren en schakel het selectievakje Geïntegreerde browser 
inschakelen
 in. Selecteer in het linkerdeelvenster het knooppunt Browser. Voer in het 
URL-veld in het rechterdeelvenster de URL in van de webpagina die u als startpagina 
van uw browser wilt instellen en klik op Toepassen.