Panasonic KXTG8622NL Bedienungsanleitung
Programmeren
35
3
{
r}
: “Alles wissen” s M
4
{
r}
: “JA” s M
5
{
r}
: “JA” s M
6
{i
c}
Babyfoon
Met deze functie luistert u naar een kamer
waar een andere handset staat, zodat u
gemakkelijk verschillende delen van een huis
of gebouw kunt controleren. De
gecontroleerde handset (die bijvoorbeeld in
de kamer van de baby is gezet) belt
automatisch de controlehandset of een
opgeslagen telefoonnummer als er een
geluid wordt waargenomen.
Belangrijk:
L
waar een andere handset staat, zodat u
gemakkelijk verschillende delen van een huis
of gebouw kunt controleren. De
gecontroleerde handset (die bijvoorbeeld in
de kamer van de baby is gezet) belt
automatisch de controlehandset of een
opgeslagen telefoonnummer als er een
geluid wordt waargenomen.
Belangrijk:
L
Test de babyfoonprocedure om te
controleren of deze functie juist is
ingesteld. U kunt bijvoorbeeld de
gevoeligheid van de babyfoon testen.
Controleer de verbinding als u de
babyfoon doorschakelt naar een buitenlijn.
controleren of deze functie juist is
ingesteld. U kunt bijvoorbeeld de
gevoeligheid van de babyfoon testen.
Controleer de verbinding als u de
babyfoon doorschakelt naar een buitenlijn.
Opmerking:
L
L
Zowel de gecontroleerde handset als de
controlehandset moeten hetzelfde
basisstation selecteren om de
babyfoonfunctie te gebruiken (pagina 37).
controlehandset moeten hetzelfde
basisstation selecteren om de
babyfoonfunctie te gebruiken (pagina 37).
L
De gecontroleerde handset kan niet met
een Bluetooth-hoofdtelefoon worden
gebruikt.
een Bluetooth-hoofdtelefoon worden
gebruikt.
L
Als het toestel op een PBX-systeem is
aangesloten, kunt u de babyfoon niet
instellen.
aangesloten, kunt u de babyfoon niet
instellen.
L
Het batterijgebruik is hoger dan normaal in
de babyfoonmodus. We raden aan de
gecontroleerde handset op de oplader te
laten staan.
de babyfoonmodus. We raden aan de
gecontroleerde handset op de oplader te
laten staan.
L
De gecontroleerde handset gaat niet over
in de babyfoonmodus.
in de babyfoonmodus.
De babyfoon instellen
Stel de handset in die wordt gecontroleerd
(bijvoorbeeld de handset in de babykamer).
(bijvoorbeeld de handset in de babykamer).
Controleren met een handset
De interne babyfoon is alleen beschikbaar
tussen handsets in dezelfde radiocel.
De interne babyfoon is alleen beschikbaar
tussen handsets in dezelfde radiocel.
1
1
(middelste zachte toets) y268
2
{
r}
: “AAN” s M
3
{
r}
: Selecteer het nummer van de
handset waarmee u wilt controleren. s
M
M
L
“Babyfoon” wordt weergegeven.
L
De geregistreerde naam/nummer
van de handset wordt weergegeven.
van de handset wordt weergegeven.
Opmerking:
L
L
Wanneer deze functie is ingeschakeld,
kan een andere handset de
gecontroleerde handset horen door een
intercomgesprek te plaatsen.
kan een andere handset de
gecontroleerde handset horen door een
intercomgesprek te plaatsen.
Controleren vanaf een buitenlijn
■ Vanuit het telefoonboek:
■ Vanuit het telefoonboek:
1
1
(middelste zachte toets)
y268
2
{
r}
: “AAN” s M
3
{
r}
: Selecteer “Extern” om te
controleren vanaf een buitenlijn. s
~
~
s n
4
{
r}
: Selecteer het gewenste item in
het telefoonboek. s M
5
{
r}
: Selecteer het gewenste
telefoonnummer. s M
L
L
“Babyfoon” wordt weergegeven.
Opmerking:
L
L
Als u een item in het telefoonboek
bewerkt dat is toegewezen voor
controle, wordt het bewerkte item niet
overgebracht naar de babyfoon.
bewerkt dat is toegewezen voor
controle, wordt het bewerkte item niet
overgebracht naar de babyfoon.
■ Door telefoonnummers in te voeren:
1
1
(middelste zachte toets)
y268
2
{
r}
: “AAN” s M
3
{
r}
: Selecteer “Extern” om te
controleren vanaf een buitenlijn. s
~
~
s m
4
TG861x_2xNL(du-du).book Page 35 Wednesday, June 15, 2011 11:02 AM