Timex W273 EU1 355-095013 User Manual

Page of 224
294
295
TEMPERATUUR
De temperatuursensor is altijd aan en leest de 
 tempe ratuur minstens eenmaal per 60 seconden af. De 
temperatuur wordt aangegeven door de onderste wijzer 
en bijbehorende schaal.
Wanneer het horloge om de pols wordt gedragen, 
wordt de afgelezen temperatuur door lichaamswarmte 
 beïnvloed. Voor nauwkeurigere waarden kunt u het 
horloge van de pols verwijderen.
DIEPTESENSOR AAN/UIT
De sensor is normaliter uit en moet vóór onderdompe-
ling handmatig aangezet worden. Druk op knop B en laat 
hem los om de sensor aan te zetten. De 4e middelste 
wijzer gaat van de stand UIT (6 uur ) naar de stand 12 uur 
en  begint minstens eenmaal per 5 seconden de diepte 
te meten. Naarmate de diepte toeneemt, wijst de 4e 
 middelste wijzer naar de werkelijke diepte zoals aange-
geven op de diepteschaal. Als de waarden gedurende 5 
minuten binnen het bereik van 0 tot 2 meter (0-6 ft) blij-
ven, gaat de sensor automatisch uit. Om de sensor hand-
matig uit te zetten, houdt u knop B 2 seconden ingedrukt. 
De 4e middelste wijzer gaat naar de stand UIT (6 uur).
MAXIMALE DIEPTE/MINIMALE TEMPERATUUR  
TERUGROEPEN
Nadat u boven bent gekomen, schroeft u de kroon los en 
trekt u hem naar de middelste stand. De middelste en 
onderste wijzers bewegen om respectievelijk de maximale 
dieptewaarde en de minimale temperatuurwaarde weer 
te geven, die tijdens de meest recente afdaling zijn 
geregistreerd. Wanneer de dieptesensor weer wordt 
geactiveerd, wordt het geheugen gewist.