Sony CPD-E400E User Manual

Page of 132
15
NL
Technische kenmerken
Voorinstel- en gebruikersmodes
Als de monitor een ingangssignaal ontvangt, wordt het 
automatisch afgestemd op één van de tien voorinstelmodes die zijn 
opgeslagen in het monitorgeheugen om een beeld van hoge 
kwaliteit in het midden van het scherm te bekomen. (Een lijst van 
voorinstelmodes vindt u in Appendix.) Bij ingangssignalen die 
niet overeenstemmen met één van de voorinstelmodes, zorgt de 
digitale Multiscan-technologie van deze monitor ervoor dat er een 
helder beeld verschijnt binnen het hele frequentiebereik van de 
monitor (horizontaal: 30 – 96 kHz, verticaal: 48 – 120 Hz).  Als het 
beeld wordt bijgeregeld, worden de regelingen opgeslagen als 
gebruikersmode en automatisch opgeroepen wanneer eenzelfde 
ingangssignaal wordt ontvangen.
Opmerking voor Windows gebruikers
Windows-gebruikers dienen de handleiding van hun videokaart 
of het functieprogramma van de videokaart te controleren en de 
hoogst mogelijke refresh rate te selecteren om de monitor 
optimaal te laten presteren.
Stroomspaarfunctie
Deze monitor beantwoordt aan de stroomspaarrichtlijnen van 
VESA, 
E
NERGY 
S
TAR, en NUTEK.  Als de monitor is 
aangesloten op een computer of grafische videokaart die 
compatibel zijn met DPMS (Display Power Management 
Signaling), wordt het stroomverbruik van de monitor automatisch 
in drie stappen verlaagd zoals hieronder getoond.
*
“Sleep” en “deep sleep” zijn stroomspaarstanden bepaald door de 
Environmental Protection Agency.
** Wanneer uw computer in de stroomspaarstand staat, verschijnt 
MONITOR IS IN DE STROOMSPAARSTAND op het scherm 
wanneer u een toets op de monitor indrukt. Na enkele seconden 
schakelt de monitor dan weer over naar de stroomspaarstand.
Storingzoeken
Raadpleeg dit hoofdstuk alvorens de hulp van een technicus in te 
roepen voor de oplossing van een probleem.
Als dunne lijnen verschijnen op het 
scherm (demperdraden)
De lijnen die eventueel op het scherm kunnen verschijnen, zijn 
normaal voor de Trinitron monitor en wijzen niet op een defect. 
Dit zijn schaduwen van de demperdraden die het apertuurrooster 
stabiliseren. Ze zijn het meest zichtbaar op een lichte achtergrond 
(meestal wit). Het apertuurrooster is een essentieel onderdeel dat 
een Trinitron-beeldbuis zo uniek maakt omdat hierdoor meer licht 
het scherm kan bereiken, wat een helderder en gedetailleerder 
beeld geeft.
Schermberichten
Als er geen beeld verschijnt op het scherm, verschijnt één van de 
volgende berichten op het scherm. Om het probleem op te lossen, 
zie “Storingen en oplossingen” op pagina 16.   
Toestand
BUITEN SCAN BEREIK
geeft aan dat de monitor het ingangssignaal niet kan verwerken.
GEEN INPUT SIGNAAL
geeft aan dat geen signaal wordt ingevoerd.
MONITOR IS IN DE STROOMSPAARSTAND
geeft aan dat de computer zich in de stroomspaarstand bevindt. 
Dit bericht verschijnt alleen wanneer uw computer zich in de 
stroomspaarstand bevindt en u op een toets op de monitor drukt.
Werkingsstand Stroomverbruik
1
 (aan/uit) 
indicator
normale werking
 140 W
groen
1 standby
 15 W
afwisselend groen 
en oranje
2 suspend
(sleep)*
 15 W
afwisselend groen 
en oranje
3 active off**
(deep sleep)*
 3 W
oranje
uit
0 W
uit
Demperdraden
INFORMATIE
BUITEN  SCAN  BEREIK
Toestand 
ingangssignaal