Xerox Phaser EX7750 Leaflet
Verklarende woordenlijst
aangepast kleurensysteem
Een systeem met benoemde kleurstalen
die op drukpersen kunnen worden
afgestemd met steunkleuren of kunnen
worden benaderd met proceskleuren.
Voorbeelden van aangepaste
kleurensystemen zijn PANTONE
en TruMatch.
die op drukpersen kunnen worden
afgestemd met steunkleuren of kunnen
worden benaderd met proceskleuren.
Voorbeelden van aangepaste
kleurensystemen zijn PANTONE
en TruMatch.
additieve primaire kleuren
Rood, groen en blauw licht gebruikt
binnen additieve kleurensystemen.
Wanneer deze lichtkleuren in de juiste
hoeveelheden worden samengevoegd,
leveren ze wit op.
binnen additieve kleurensystemen.
Wanneer deze lichtkleuren in de juiste
hoeveelheden worden samengevoegd,
leveren ze wit op.
additieve-kleurenmodel
Een systeem waarin kleuren worden
geproduceerd door middel van een
combinatie van rood, groen en blauw
licht (de additieve primaire kleuren). Een
RGB-videoscherm is gebaseerd op een
additieve-kleurenmodel.
geproduceerd door middel van een
combinatie van rood, groen en blauw
licht (de additieve primaire kleuren). Een
RGB-videoscherm is gebaseerd op een
additieve-kleurenmodel.
anilinedruk
Een druktechnologie waarbij flexibele
platen met verhoogde afbeeldingen
worden gebruikt. Anilinedruk kan
worden gebruikt voor het afdrukken
op niet-vlakke materialen als
conservenblikjes.
platen met verhoogde afbeeldingen
worden gebruikt. Anilinedruk kan
worden gebruikt voor het afdrukken
op niet-vlakke materialen als
conservenblikjes.
benoemde kleur
Een kleur die wordt gedefinieerd volgens
een aangepast kleursysteem. Een
voorbeeld van een benoemde kleur is
PANTONE 107 C. (Ook een steunkleur
genoemd).
een aangepast kleursysteem. Een
voorbeeld van een benoemde kleur is
PANTONE 107 C. (Ook een steunkleur
genoemd).
bitdiepte
Hoeveelheid informatie per pixel in een
rasterafbeelding. Voor
zwartwitafbeeldingen is slechts één bit
per pixel nodig. Voor
grijsschaalafbeeldingen met 256
grijstinten zijn 8 bits (of 1 byte) nodig
per pixel. Voor kleurenafbeeldingen met
fotokwaliteit kunnen 24 bits per pixel
(RGB-afbeeldingen) of 32 bits per pixel
(CMYK-afbeeldingen) nodig zijn.
rasterafbeelding. Voor
zwartwitafbeeldingen is slechts één bit
per pixel nodig. Voor
grijsschaalafbeeldingen met 256
grijstinten zijn 8 bits (of 1 byte) nodig
per pixel. Voor kleurenafbeeldingen met
fotokwaliteit kunnen 24 bits per pixel
(RGB-afbeeldingen) of 32 bits per pixel
(CMYK-afbeeldingen) nodig zijn.
bitmap (of raster)
Een afbeelding die bestaat uit kleine
vierkantjes, gerangschikt in een raster.
Elk vierkantje in het raster is een pixel.
De resolutie van een bitmap wordt
bepaald door het aantal pixels per inch.
vierkantjes, gerangschikt in een raster.
Elk vierkantje in het raster is een pixel.
De resolutie van een bitmap wordt
bepaald door het aantal pixels per inch.
blasting
Hiervan is sprake wanneer objecten in
een afbeelding doorlopen voorbij de
begrenzingen die in het bestand zijn
gedefinieerd. Dit ongewenste effect
treedt op door een opeenhoping van
toner, soms in combinatie met bepaalde
papiersoorten.
een afbeelding doorlopen voorbij de
begrenzingen die in het bestand zijn
gedefinieerd. Dit ongewenste effect
treedt op door een opeenhoping van
toner, soms in combinatie met bepaalde
papiersoorten.
BMP
Een indeling voor grafische bestanden,
vastgelegd door Microsoft en standaard
bruikbaar onder het besturingssysteem
Windows.
vastgelegd door Microsoft en standaard
bruikbaar onder het besturingssysteem
Windows.
Verklarende woordenlijst