Xerox Phaser 6600 User Guide

Page of 182
Installatie en instellingen 
 
 
Phaser 6600-kleurenprinter 
63 
 
Handleiding voor de gebruiker 
 
10.  Als de instellingen zijn gewijzigd en u de printer opnieuw wilt starten, klikt u op Printer opnieuw 
opstarten
11.  Voer het IP-adres van de printer in de adresbalk in en druk op de toets Enter
12.  Om de SSL-pagina weer te geven, herhaalt u stap 2, 3 en 4. 
13.  Zorg dat SSL ingeschakeld is geselecteerd. 
 
Een digitaal certificaat importeren 
Voordat u een certificaat gaat importeert, moet u een back-up maken van het certificaatbestand. 
Opmerking: 
Gebruik Internet Explorer om het certificaat uit Windows te importeren. Gebruik Safari 
om certificaten uit Macintosh te importeren. 
Een digitaal certificaat importeren: 
1. 
Open een webbrowser op uw computer, typ het IP-adres van de printer in het adresveld en druk dan op 
Enter of Return
2. 
Klik op Eigenschappen
3. 
Blader in het linkerdeelvenster naar Beveiliging en selecteer SSL
4. 
Klik op Ondertekend certificaat uploaden
Opmerking: 
Ondertekend certificaat uploaden wordt alleen weergegeven als de optionele vaste schijf 
is geïnstalleerd en Gegevenscodering vaste schijf is ingeschakeld. 
5. 
Voer een toegangscode in die overeenkomt met het certificaatbestand dat u wilt importeren. 
Opmerking: 
Er is alleen een toegangscode nodig voor PKCS#12-certificaten. Laat het veld 
Toegangscode leeg voor PKCS#7- en andere certificaten. 
6. 
Voer ter bevestiging de toegangscode nogmaals in. 
7. 
Klik op de toets Bladeren, blader naar het certificaatbestand en selecteer het. 
8. 
Om het bestand te importeren, klikt u op Importeren
 
Het doeleinde van het digitale certificaat configureren 
1. 
Open een webbrowser op uw computer, typ het IP-adres van de printer in het adresveld en druk dan op 
Enter of Return
2. 
Klik op Eigenschappen
3. 
Blader in het linkerdeelvenster naar Beveiliging en selecteer Certificaatbeheer
Opmerking: 
Certificaatbeheer wordt alleen weergegeven als de optionele vaste schijf is geïnstalleerd 
en Gegevenscodering vaste schijf is ingeschakeld. 
4. 
Selecteer een optie naast Categorie
• 
Wanneer u een certificaat instelt voor een SSL-server, SSL-client, IPSec of draadloze 
LAN-client, selecteert u Lokaal apparaat
• 
Wanneer u een certificaat instelt voor een draadloze LAN-server, selecteert u Vertrouwde 
certificeringsinstantie
5. 
Selecteer een optie naast Doeleinden certificaat
6. 
Selecteer naast Certificaatvolgorde de volgorde waarin de certificaten weergegeven moeten worden.