Xerox SmartSend Support & Software Installation Guide
2-16
Voorbereiding op installatie
Een beveiligingscertificaat verkrijgen en installeren
Sla deze sectie over als het beveiligd invoeren van toegangscodes en communicatie niet vereist is.
U kunt een beveiligingscertificaat verkrijgen door een aanvraag voor een certificaat in te dienen bij een
certificeringsinstantie. Vervolgens installeert u het certificaat dat u van de betreffende instantie ontvangt.
In dit onderdeel wordt ervan uitgegaan dat Microsoft Certificate Services op een computer in een
netwerkdomein is geïnstalleerd; deze server vervult de rol van centrale certificeringsinstantie. Er wordt
beschreven hoe u een certificaataanvraag aanmaakt en hoe u het aanvraagbestand kunt verzenden naar een
server van een certificeringsinstantie. De voorbeelden en procedures in dit gedeelte kunnen variëren
afhankelijk van de configuratie en certificeringsservice. Raadpleeg HTTPS/SSL-certificaten op pagina 9-3
voor gedetailleerde informatie over gerelateerde SMARTsend-beveiligingsproblemen en beveiligde
configuratie-opties.
certificeringsinstantie. Vervolgens installeert u het certificaat dat u van de betreffende instantie ontvangt.
In dit onderdeel wordt ervan uitgegaan dat Microsoft Certificate Services op een computer in een
netwerkdomein is geïnstalleerd; deze server vervult de rol van centrale certificeringsinstantie. Er wordt
beschreven hoe u een certificaataanvraag aanmaakt en hoe u het aanvraagbestand kunt verzenden naar een
server van een certificeringsinstantie. De voorbeelden en procedures in dit gedeelte kunnen variëren
afhankelijk van de configuratie en certificeringsservice. Raadpleeg HTTPS/SSL-certificaten op pagina 9-3
voor gedetailleerde informatie over gerelateerde SMARTsend-beveiligingsproblemen en beveiligde
configuratie-opties.
De volgende informatie wordt verlangd als u het certificaat ontvangt:
De "gebruikersvriendelijke" naam van het nieuwe certificaat. Dit is een korte, gemakkelijk te
herkennen naam, bijvoorbeeld "scancomputer".
herkennen naam, bijvoorbeeld "scancomputer".
De bit-lengte van de codeersleutel. Een langere sleutel is veiliger, maar een kortere sleutel heeft
minder invloed op de prestaties.
minder invloed op de prestaties.
De "gemeenschappelijke naam" van de site die wordt beveiligd. Dit is ofwel de volledige
DNS-naam ofwel de NetBIOS-naam. Voor sites die op internet verschijnen moet de volledige
DNS-naam worden gebruikt.
DNS-naam ofwel de NetBIOS-naam. Voor sites die op internet verschijnen moet de volledige
DNS-naam worden gebruikt.
Informatie over de locatie. Hierbij kunt u denken aan de naam van het bedrijf, de afdeling, de plaats,
de provincie en het land.
de provincie en het land.
Een certificaataanvraag maken
Een certificaataanvraag aanmaken:
Er wordt er voor de volgende instructies van uitgegaan dat u toegang heeft tot de IIS-beheerconsole op de
computer waarop SMARTsend zal worden geïnstalleerd.
computer waarop SMARTsend zal worden geïnstalleerd.
1
Klik met de rechtermuisknop op de standaardwebsite van IIS of de website van IIS waarop SMARTsend
is of wordt geïnstalleerd. Selecteer Eigenschappen.
is of wordt geïnstalleerd. Selecteer Eigenschappen.
2
Selecteer het tabblad Mapbeveiliging.
3
Klik op Servercertificaat.
4
Het venster van de wizard Webservercertificaat verschijnt. Klik op Volgende.
5
Selecteer Een nieuw certificaat maken. Klik op Volgende.
6
Selecteer Nu de aanvraag maken, maar later verzenden. Klik op Volgende.
7
Voer de gebruikersvriendelijke naam in voor het nieuwe certificaat. Selecteer de bitlengte als een andere
bitlengte wordt verlangd. Klik op Volgende.
bitlengte wordt verlangd. Klik op Volgende.
8
Voer de naam van de organisatie en de afdeling in. Klik op Volgende.
O
PMERKING
:
De optie #SelfSSL is in de resourcekit van de Microsoft IIS (Internet Information
Services) beschikbaar. Ga naar
voor aanvullende informatie.