Fujifilm FUJIFILM X-A1 Owner's Manual

Page of 148
93
Aa
nsluit
in
ge
n
Locatiegegevens
 Locatiegegevens met foto’s opnemen
 Locatiegegevens met foto’s opnemen
Om locatiegegevens met nieuwe foto’s op te slaan:
  1
  Download gegevens over uw huidige locatie vanaf een smartphone (
P 92).
  2
 Selecteer AAN voor 
GEOTAGGING SET-UP > GEOTAGGING.
  3
  Maak foto’s. De locatiegegevens verkregen in stap 2 zullen toegevoegd worden aan de nieuwe foto’s.
De camera zal de lengte- en breedtegraad van de meest recent verkregen locatie 
weergeven. Daarnaast zal een 
i-pictogram worden weergegeven als de locatiege-
gevens zijn bijgewerkt in de laatste twee uur; als de tijd verstreken sinds de laatste 
update meer dan twee uur is, gaat het 
i-pictogram knipperen. Een 
j
-pictogram 
geeft aan dat er geen locatiegegevens beschikbaar zijn.
 
R Om geotagging uit te schakelen, selecteer UIT voor U GEOTAGGING SET-UP > GEOTAGGING. Gebruik U GEO-
TAGGING SET-UP > LOCATIE-INFO om te bepalen of de camera de huidige locatie wel of niet weergeeft.
 
Q De camera maakt gebruik van de laatst gedownloade gegevens; als u uw locatie hebt gewijzigd sinds de laatste 
foto, download dan gegevens voor de huidige locatie voor de opname. Merk op dat de camera automatisch stopt 
locatiegegevens op te nemen drie uur na de laatste update.
 
■  Locatiegegevens  bekijken
Tijdens het afspelen worden foto’s waarvoor locatiegegevens bestaan aangeduid met 
een 
k-pictogram. Locatiegegevens worden enkele seconden getoond telkens wan-
neer de foto wordt weergegeven.
k-pictogram
100-0001
100-0001
N   35° 66’ 55”
E   139° 73’ 04”
N   35° 66’ 55”
E   139° 73’ 04”
P