Fujifilm FUJIFILM X-E2[Ver.4.00] Owner's Manual

Page of 172
iv
Voor uw veiligheid
De batterij en voeding
OpmerkingControleer welk type batterijen in uw camera wordt gebruikt en 
lees de relevante paragrafen aandachtig door
.
Dit gedeelte beschrijft hoe u de batterijen moet hanteren zodat ze zo lang mogelijk 
meegaan. Verkeerd gebruik kan de levensduur verkorten en lekkage, oververhitting 
en ontploff en van de batterij tot gevolg hebben.
Li-ionbatterijen
Li-ionbatterijen
Dit gedeelte is van toepassing als in uw camera een oplaadbare Li-ionbatterij 
wordt gebruikt
.
De batterij is bij verscheping uit de fabriek niet opgeladen. Laad de batterij vóór 
gebruik op. Laat de batterij in het compartiment zitten wanneer u de camera niet 
gebruikt.
 
Opmerkingen over de batterij
De batterij verliest geleidelijk haar lading, zelfs wanneer de batterij niet wordt 
gebruikt. Laad de batterij een of twee dagen vóór gebruik op.
De levensduur van de batterij kan worden verlengd door de camera uit te schakelen 
wanneer hij niet wordt gebruikt.
De capaciteit van de batterij neemt bij lage temperaturen enigszins af; een lege 
batterij werkt vaak helemaal niet meer wanneer het koud is. Bewaar een volledig 
opgeladen reservebatterij op een warme plaats en verwissel de batterij wanneer dat 
nodig is; of bewaar de batterij in een van uw zakken en plaats de batterij pas vlak 
voordat u gaat fotograferen in de camera. Voorkom dat de batterij in direct contact 
komt met handenwarmers of andere verwarmingsapparaten.
 
De batterij opladen
Laad de batterij op met de meegeleverde batterijlader. De laadtijd neemt toe wan-
neer de omgevingstemperatuur lager is dan +10 °C of hoger is dan +35 °C. Probeer 
de batterij nooit op te laden bij temperaturen boven 40 °C; opladen is niet mogelijk 
bij temperaturen onder 0 °C.
Probeer nooit een volledig opgeladen batterij op te laden. De batterij hoeft echter 
ook niet volledig ontladen te zijn om te worden opgeladen.
De batterij kan onmiddellijk na het opladen en tijdens gebruik enigszins warm 
aanvoelen. Dit is normaal.
 
Levensduur van de batterij
Bij normale temperaturen kan de batterij minimaal 300 keer worden opgeladen. 
Wanneer de batterij steeds minder lang haar lading kan vasthouden, is dat een 
indicatie dat het einde van de levensduur van de batterij is bereikt en dat de batterij 
moet worden vervangen.
 
Opslag
De prestaties van de batterij kunnen verslechteren als de batterij gedurende langere 
perioden in volledig opgeladen toestand ongebruikt blijft. Ontlaad de batterij vol-
ledig voordat u deze opbergt.
Wanneer de camera gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt, neem dan de 
batterij uit de camera en bewaar de batterij op een droge plaats met een omge-
vingstemperatuur van +15 °C tot +25 °C. Bewaar de batterij niet op plaatsen waar 
de batterij wordt blootgesteld aan extreme temperaturen.
 
Attentie: De batterij hanteren
•  Bewaar of vervoer de batterij niet samen met metalen voorwerpen zoals kettinkjes 
of haarspelden.
•  Stel de batterij niet bloot aan vuur of hoge temperaturen.
•  Probeer de batterij niet te demonteren of te modifi ceren.
•  Laad de batterij alleen op met de voorgeschreven batterijladers.
•  Verwijder een versleten batterij onmiddellijk.
•  Laat de batterij niet vallen en stel deze niet bloot aan schokken.
•  Stel de batterij niet bloot aan water.
•  Houd de polen van de batterij altijd schoon.
•  De batterij en de camera kunnen onmiddellijk na het opladen en tijdens gebruik 
enigszins warm aanvoelen. Dit is normaal.
 
Afvalverwijdering
Lever lege batterijen in volgens de plaatselijke regels voor klein chemisch afval.