Brother HL-5040 User Guide
TCP/IP CONFIGUREREN 10 - 11
YL4US_FAX2800MFC4800-FM5.5
Als u geen subnetten gebruikt, moet u een van onderstaande
subnetmaskers gebruiken:
subnetmaskers gebruiken:
255.255.255.0
voor klasse C netwerken
255.255.0.0
voor klasse B netwerken
255.0.0.0
voor klasse A netwerken
Het netwerktype kan worden aangeduid met de linkergroep cijfers in
uw IP-adres. De waarde van deze groep kan variëren van 192 t/m
255 voor klasse C netwerken (bijv. 192.189.207.3), 128 t/m 191 voor
klasse B netwerken (bijv. 128.10.1.30), en 1 t/m 127 voor klasse A
netwerken (bijv. 13.27.7.1).
uw IP-adres. De waarde van deze groep kan variëren van 192 t/m
255 voor klasse C netwerken (bijv. 192.189.207.3), 128 t/m 191 voor
klasse B netwerken (bijv. 128.10.1.30), en 1 t/m 127 voor klasse A
netwerken (bijv. 13.27.7.1).
Als u een gateway (router) gebruikt, voert u het adres daarvan in met
de opdracht
de opdracht
SET IP ROUTER routeradres
, waar
routeradres
het IP-adres van de gateway is die u aan de afdrukserver wilt
toewijzen. Bijvoorbeeld:
toewijzen. Bijvoorbeeld:
Local> SET IP ROUTER 192.189.207.1
Typ
SET IP METHOD STATIC
om de methode voor IP-toegang op
statisch in te stellen.
Typ
SHOW IP
om te controleren of u de juiste IP-informatie hebt
ingevoerd.
Typ
EXIT
of druk op CTR-D (m.a.w. houd de Ctrl-toets ingedrukt en
typ "D") om deze remote console sessie af te sluiten.