Brother HL-2460 User Guide
HOOFDSTUK 7 AFDRKKEN VANAF MACINTOSH
7-3
Werking
Nadat de afdrukserver is geïnstalleerd en de printer is ingeschakeld, zal de AppleTalk-
servicenaam van de Brother-afdrukserver in de Kiezer verschijnen (standaard is dit
BRN_xxxxxx_P1_AT, waar "xxxxxx" de laatste zes tekens zijn van het Ethernetadres (MAC-
adres); bijvoorbeeld, BRN_310107_P1_AT). Houd er tevens rekening mee dat afdrukservers
uit de Brother NC-2000 serie, zoals de NC-2010h of de NC-2100h, in de Kiezer zullen
verschijnen als: BRO_xxxxxx_P1_AT.
servicenaam van de Brother-afdrukserver in de Kiezer verschijnen (standaard is dit
BRN_xxxxxx_P1_AT, waar "xxxxxx" de laatste zes tekens zijn van het Ethernetadres (MAC-
adres); bijvoorbeeld, BRN_310107_P1_AT). Houd er tevens rekening mee dat afdrukservers
uit de Brother NC-2000 serie, zoals de NC-2010h of de NC-2100h, in de Kiezer zullen
verschijnen als: BRO_xxxxxx_P1_AT.
U kunt de servicepuntnaam en het MAC-adres vinden door de configuratiepagina van de
printer af te drukken. Raadpleeg de installatiehandleiding voor informatie over het op uw
afdrukserver afdrukken van de configuratiepagina.
printer af te drukken. Raadpleeg de installatiehandleiding voor informatie over het op uw
afdrukserver afdrukken van de configuratiepagina.
De afdrukserver selecteren (AppleTalk /
EtherTalk)
EtherTalk)
1. Open de Kiezer in het Apple-menu van de Macintosh en klik op het pictogram
LaserWriter (indien nodig, selecteert u de juiste AppleTalk-zone in het
netwerkconfiguratiescherm).
netwerkconfiguratiescherm).
Afbeelding 2 Macintosh Kiezer
2. Klik op de juiste afdrukserver en sluit de Kiezer. U kunt nu vanaf de Macintosh
afdrukken.
Als de afdrukserver niet vermeld wordt, controleert u eerst de bekabeling en of u EtherTalk
via het netwerkconfiguratiescherm van de Macintosh hebt geactiveerd. Het kan nodig zijn om
de afdrukserver in de juiste AppleTalk-zone te plaatsen met behulp van de BRAdmin-
toepassing of via een Web-browser.
via het netwerkconfiguratiescherm van de Macintosh hebt geactiveerd. Het kan nodig zijn om
de afdrukserver in de juiste AppleTalk-zone te plaatsen met behulp van de BRAdmin-
toepassing of via een Web-browser.