Brother HL-1870N User Guide

Page of 149
HOOFDSTUK 6 AFDRUKKEN VIA NOVELL NETWARE 
6-10
 
De Brother-afdrukserver configureren 
met Novell NWAdmin en BRAdmin 
(modus Externe server in NDS-modus) 
 
Om een Brother-afdrukserver met NWADMIN (het hulpprogramma NetWare 
Administrator) en BRAdmin te configureren voor de modus Externe printer, 
volgt u onderstaande stappen: 
 
1.  De PSERVER NLM (NetWare Loadable Module) moet op uw 
bestandsserver zijn geladen en u moet op de NetWare 4.1x-
bestandsserver in NDS-modus zijn aangemeld als ADMIN. 
2.  Dubbelklik op het pictogram om NWADMIN op te starten. Selecteer de 
context voor de nieuwe printer. 
3.  Selecteer op de menubalk de optie Object en vervolgens de optie Create. 
Het menu New Object wordt geopend. Selecteer in dit menu de optie 
Printer en klik vervolgens op OK. 
4.  Voer de naam van de printer in en klik op Create. 
5.  Dubbelklik op de afdrukservernaam van uw PSERVER NLM. Klik op 
Assignments en vervolgens op Add. 
6.  Indien nodig, verandert u de directory-context. Selecteer nu de printer 
die u hebt gemaakt en klik op OK. Noteer het nummer van de printer, u 
hebt dit straks weer nodig, en klik op OK. 
7.  Selecteer de context voor uw standaardafdrukwachtrij en klik op Object 
en Create. Het menu New Object wordt geopend.  
8.  Selecteer de optie Print Queue en klik op OK. Zorg ervoor dat de optie 
Directory Service Queue geselecteerd is en typ de naam in van de 
standaardafdrukwachtrij. 
9.  Klik op de knop om het volume voor de afdrukwachtrij te selecteren. 
Indien nodig, verandert u de directory-context. Selecteer nu het 
gewenste volume (Objects) en klik op OK. Klik op Create om de 
afdrukwachtrij te maken. 
10.  Indien nodig, verandert u de context. Dubbelklik nu op de naam van de 
printer die u zojuist hebt gemaakt. 
11.  Klik op Assignments en vervolgens op Add. 
12.  Indien nodig, verandert u de context. Selecteer nu de afdrukwachtrij die 
u hebt gemaakt. Klik op OK en vervolgens nogmaals op OK en sluit 
NWADMIN af. 
13.  Start uw BRAdmin-toepassing en selecteer de afdrukserver die u wilt 
configureren (standaard beginnen knooppuntnamen met 
BRN_xxxxxx_P1).