Brother PE-DESIGN NEXT Instruction Manual
59
Naai-eigenschappen toepassen op lijnen en gebieden
Ba
si
si
sb
ewe
ewe
rki
nge
n in
La
you
you
t &
Edi
tin
g
(2) In de selector Garenkleurkaart selecteert
u een garenmerk of uw
gebruikergarenkleurkaart.
gebruikergarenkleurkaart.
(3) In de lijst met garenkleuren selecteert u
op de gewenste kleur.
(4) Klik hierop om naar de andere modus te
schakelen.
(5) Hier worden alle garenkleuren
weergegeven die worden gebruikt in het
borduurontwerp. Wanneer u een
borduurpatroon selecteert, verschijnt een
kader rond de kleuren die in dat patroon
worden gebruikt. U kunt dezelfde
garenkleuren opgeven door ze hier te
selecteren.
borduurontwerp. Wanneer u een
borduurpatroon selecteert, verschijnt een
kader rond de kleuren die in dat patroon
worden gebruikt. U kunt dezelfde
garenkleuren opgeven door ze hier te
selecteren.
■
Speciale kleuren
(6) NIET GEDEFINIEERD: Als u handmatig
de kleur voor een monochroom patroon
wilt kunnen kiezen, kunt u NIET
GEDEFINIEERD selecteren.
wilt kunnen kiezen, kunt u NIET
GEDEFINIEERD selecteren.
Kleuren om applicaties te maken:
U kunt applicaties maken met de volgende
drie speciale kleuren.
U kunt applicaties maken met de volgende
drie speciale kleuren.
(7) APPLICATIEMATERIAAL: Geeft de
omtrek aan van het gebied dat uit het
applicatiemateriaal wordt geknipt.
applicatiemateriaal wordt geknipt.
(8) APPLICATIEPOSITIE: Geeft de positie
op de achtergrond waarop de applicatie
moet worden genaaid.
moet worden genaaid.
(9) APPLICATIE: Naait de applicatie op de
achtergrond.
■
Naaitype
Met deze selector stelt u het naaitype in voor
omtrekken, binnengebieden, tekst en patronen met
handmatige borduurinstelling.
omtrekken, binnengebieden, tekst en patronen met
handmatige borduurinstelling.
Klik in een selector voor het naaitype en klik
vervolgens op het gewenste naaitype.
vervolgens op het gewenste naaitype.
→ De beschikbare instellingen die
verschijnen, verschillen afhankelijk van
het object dat u hebt geselecteerd.
het object dat u hebt geselecteerd.
c
“Lijn naaien/ Gebied naaien” op pagina 58
en “Naai-eigenschappen opgeven” op
pagina 60
en “Naai-eigenschappen opgeven” op
pagina 60
b
Memo:
Gebied 2 kunt u alleen selecteren als u een
verloop met een mengeffect hebt opgegeven.
verloop met een mengeffect hebt opgegeven.
c
“Kleurverloop/mengeffect maken”
op pagina 46
op pagina 46
b
Memo:
Met de applicatiewizard maakt u gemakkelijk
applicaties.
applicaties.
c
“Lesgids 9: Applicaties maken” op
pagina 157
pagina 157
(6)
(7)
(8)
(9)
Type object
Naaitype lijn
instellingen
Naaitype gebied
instellingen
Tekst
(ingebouwde
lettertypen (025,
029),
aangepaste
lettertypen)
Geen
Satijn,
Vul-,
Prog. vulsteek
(programmeerbare
vulsteek)
Tekst
(ingebouwde
lettertypen (met
uitzondering van
025 en 029),
monogramletterty
pen, TrueType-
lettertypen)
Zigzag,
Rijgen,
Drievoudig,
Motief,
Stam,
Chenille,
E/V
Tekst
(Klein lettertype)
Geen
Geen
Handmatig
borduurinstellings
patroon
Geen
Satijn,
Vul-,
Prog. vulsteek
(programmeerbare
vulsteek),
Piping,
Motief
Overige
Zigzag,
Rijgen,
Drievoudig,
Motief,
Stam,
Chenille,
E/V
Satijn,
Vul-,
Prog. vulsteek
(programmeerbare
vulsteek),
Piping,
Motief,
Kruis,
Concentrische
cirkel
le_basic.fm Page 59 Tuesday, June 29, 2010 6:40 PM