Polar CS500 User Manual

1.

Als de fietscomputer op de stuurpen of
het stuur bevestigd is, druk dan
zachtjes met de duim op de linker- of
rechterkant van de fietscomputer.

2.

Als u de fietscomputer in de hand
houdt, gebruik dan de knoppen aan de
achterzijde van de fietscomputer.

Pas eerst de basisinstellingen aan, voordat u uw fietscomputer in gebruik neemt. Voer zo nauwkeurig
mogelijk uw gegevens in voor een juiste feedback op basis van uw prestaties.

Gebruik SET en bevestig met OK om gegevens aan te passen. De waarden veranderen sneller als u de knop
SET ingedrukt houdt.

Activeer uw fietscomputer door een willekeurige knop gedurende 3 seconden in te drukken.

(Basisinstellingen) wordt weergegeven. Druk op START en pas de volgende gegevens aan.

1.

(Tijd instellen): Selecteer

(12u) of

(24u). Kies bij

(12-uursnotatie) tussen

(VM)

of

(NM). Voer de tijd in.

2.

(Datum instellen): Voer de datum in.

3.

(Eenheid): Kies metrische

of Engelse

eenheden.

4.

(Gewicht): Voer uw gewicht in.

5.

(lengte): Voer uw lengte in. Voer voor Engelse maten eerst de voeten en vervolgens de inches in.

6.

(Geboortedatum): Voer uw geboortedatum in, dd=dag, mm=maand, yy=jaar.

7.

(Geslacht): Kies

(Mannelijk) of

(Vrouwelijk).

8.

(Instellingen gereed) wordt weergegeven. Druk op BACK (Terug) totdat de gewenste

instelling wordt weergegeven om die instelling te wijzigen. Druk op OK om de instellingen te bevestigen.
De fietscomputer gaat naar de tijdweergave.

Voordat u gaat fietsen, dient u de wielgrootte in te stellen in de fietscomputer. Zie Fietsinstellingen
(pagina 21) voor meer informatie.

U kunt de stuurhouder op de stuurpen en zowel links als rechts op het stuur bevestigen.

Beginnen