Panasonic DMCTZ82EG Operating Guide

Page of 406
284
DVQP1250
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het menu [Afspelen]
TZ100/TZ101
 [RAW-verwerking]
Met de camera kunt u foto’s ontwikkelen die in de bestandsindeling RAW zijn 
opgenomen. De gemaakte foto’s worden in JPEG-indeling opgeslagen.
1
Stel het menu in
→   [Afspelen] → [RAW-verwerking]
2
Druk op     om een RAW-bestand te selecteren en 
druk op [MENU/SET]
3
Druk op     om het item te selecteren
 •De volgende onderdelen kunnen worden ingesteld. De instellingen die tijdens het opnemen 
worden gebruikt, worden op het moment van instelling toegepast.
[Witbalans]
U kunt de witbalans selecteren om aanpassingen te verrichten. Als u een 
item selecteert met [   ], kunt u de beelden ontwikkelen met dezelfde 
instellingen als bij het opnemen.
[Belichtingscomp.] U kunt belichtingscompensatie uitvoeren in het bereik van –1 EV tot 
+1 EV.
[Fotostijl]
U kunt de [Fotostijl]-effecten ([Standaard], [Levendig], [Natuurlijk],  
[Zwart-wit], [Landschap] of [Portret]) selecteren.
[Int.dynamiek]
U kunt de [Int.dynamiek]-instellingen ([HIGH], [STANDARD], [LOW] of 
[OFF]) selecteren.
[Contrast]
U kunt het contrast aanpassen.
[Highlight]
U kunt de helderheid van een licht gebied aanpassen.
[Schaduw]
U kunt de helderheid van een schaduwgebied aanpassen.
[Verzadiging] / 
[Kleurtoon]
U kunt de verzadiging aanpassen. (U kunt de kleur aanpassen als  
[Zwart-wit] is geselecteerd voor [Fotostijl].)
[Filtereffect]
U kunt een filtereffect selecteren. (Alleen als [Zwart-wit] is geselecteerd 
voor [Fotostijl].)
[Ruisreductie]
U kunt ruisonderdrukking instellen.
[I.resolutie]
U kunt de [I.resolutie]-instellingen ([HIGH], [STANDARD], [LOW], 
[EXTENDED] of [OFF]) selecteren.
[Scherpte]
U kunt de indruk van resolutie aanpassen.
[Set-up]
U kunt de volgende instellingen verrichten.
[Aanpassingen herstellen]:  U kunt de instellingen terugzetten naar de 
instellingen die bij de opname zijn gebruikt.
[Kleurruimte]:  U kunt [Kleurruimte] selecteren vanuit [sRGB] of 
[AdobeRGB].
[Fotoresolutie]:  U kunt de fotoresolutie ([L], [M] of [S]) selecteren voor 
een JPEG-bestand als u beelden opslaat.
4
Druk op [MENU/SET] om in te stellen
 •De instelmethoden variëren per onderdeel. Voor meer informatie gaat u naar "Onderdelen 
instellen" 
(→285)
.