Panasonic DMC-TZ5 Operating Guide

Page of 52
80   
VQT1Q03
VQT1Q03
   81
Toepassingen 
(Bekijken)
4
Gebruik van het menu 
AFSPELEN 
(vervolg)
Aansluiten 
op andere 
apparatuur
1
Gebruik met computer
 KOPIE
Kopiëren tussen ingebouwd geheugen en geheugenkaart, of van geheugenkaart naar 
prikbordmap.
Instellen:  Druk op ‘MENU/SET’ → ‘
Menu AFSPELEN’ → Selecteer ‘KOPIE’ 
1
Selecteer een kopieermethode (richting)
:  alle foto’s (behalve het prikbord) van het 
ingebouwde geheugen naar de kaart kopiëren 
(ga naar stap 
3
)
(U kunt geen prikbordfoto’s kopiëren. Gebruik 
hiervoor ‘KOPIE’ in het weergavemenu van het 
prikbord (blz. 65).)
 
1 foto tegelijkertijd van de kaart naar het 
ingebouwde geheugen kopiëren.
:  1 foto tegelijkertijd van de kaart naar de 
prikbordmap kopiëren (in het ingebouwde 
geheugen) (geen bewegende beelden).
2
Selecteer met ◄► een foto en selecteer Inst.
 
(voor 
 en 
)
3
Selecteer ‘JA’ 
(het weergegeven scherm is een voorbeeld)
•  Annuleren → Druk op ‘MENU/SET’.
•  Druk na het instellen op   om terug te keren naar het 
menuscherm.
 
Als de capaciteit van het ingebouwde geheugen onvoldoende is voor het kopiëren, 
schakelt u de camera uit, verwijdert u de kaart en verwijdert u foto’s uit het ingebouwde 
geheugen. (Zet de modusknop op Prikbord om prikbordfoto’s te verwijderen.)
 Gebruik voor het kopiëren naar een kaart met een capaciteit van minstens 50 MB.
 Het kopiëren van foto’s kan enkele minuten duren. Schakel de camera niet uit en voer 
geen andere bewerkingen uit tijdens het kopiëren.
 Als er in de doelbestemming identieke namen zijn (map-/bestandsnummers), wordt 
er voor de gekopieerde foto’s een nieuwe map gemaakt bij het kopiëren van het 
ingebouwde geheugen naar een kaart (
). Bestanden met een al bestaande naam 
worden niet vanaf een kaart naar het ingebouwde geheugen gekopieerd (
).
 DPOF-instellingen worden niet gekopieerd.
 Er kunnen alleen foto’s worden gekopieerd van Panasonic digitale camera’s.
 Na het kopiëren worden de originele foto’s niet verwijderd. (Foto’s verwijderen → blz. 36.)
 Kan niet worden ingesteld in de weergavemodi ‘CATEGOR. AFSP.’ of ‘FAVORIET 
AFSP.’ (blz. 71).
Sluit de camera aan op uw computer om uw foto’s 
op te slaan, af te drukken en te e-mailen.
Instellen:
•  Sluit de camera aan op de netadapter (los 
verkocht). (U kunt ook een batterij met voldoende 
lading gebruiken.)
•  Kaart  
Plaats de kaart in de camera 
en zet de modusknop op een 
willekeurige instelling behalve 
  Ingebouwd geheugen : 
Verwijder de kaart
 De verbinding verbreken
 
Klik op ‘Hardware veilig verwijderen’ in het 
Windows-systeemvak → Ontkoppel de USB-kabel 
→ Schakel de camera uit → Ontkoppel de netadapter
 
  Gebruik geen andere USB-kabels, alleen de bijgeleverde kabel.
  Schakel de camera uit voordat u geheugenkaarten plaatst of verwijdert.
  Installeer onder Windows 98/98SE een USB-stuurprogramma als u de camera voor het eerst aansluit.
  
Als de batterij tijdens de uitwisseling van gegevens leeg raakt, knippert het bedieningslampje en 
hoort u een geluidssignaal. Beëindig de gegevensuitwisseling via de computer direct en laad de 
batterij op voordat u de camera opnieuw aansluit.
geven als u de camera aansluit op de computer.
 
 U kunt via de computer geen gegevens schrijven of formatteren op de camera of gegevens ervan 
verwijderen.
 
U kunt bij aansluiting in de PTP-modus wel gegevens formatteren en verwijderen 
(alleen Windows Vista).
 
(alleen DMC-TZ5 (EG/PR/E), DMC-TZ4 (EG/E))
 Raadpleeg de handleiding bij de computer voor meer informatie.
1
Schakel zowel de camera 
als de computer in
2
Zet de opname/weergave-
schakelaar op 
3
Sluit de camera aan 
op de computer
4
Selecteer op de 
camera ‘PC’
PictBridge(PTP)
PC
SEL. USB MODE
USB MODE
INST.
SELEC
(Er kan een bericht op het scherm 
verschijnen als u ‘USB MODE’ (blz. 25) 
hebt ingesteld op ‘PictBridge (PTP)’. 
Selecteer ‘ANNUL’ om het berichtvenster 
te sluiten en stel ‘USB MODE’ in op ‘PC’.)
5
Voer de gewenste 
handelingen uit met de 
computer 
(zie de volgende bladzijde)
Controleer de richting 
van de aansluiting en 
sluit de stekker recht 
aan. (Schade aan de 
vorm van de aansluiting 
kan tot storingen leiden.)
TOEGANG
 
 (gegevens verzenden)
•  Ontkoppel nooit de USB-
kabel terwijl ‘TOEGANG’ 
wordt weergegeven.
USB-kabel
•  gebruik altijd de 
bijgeleverde kabel
Hier 
vasthouden
Schakel als u de 
netadapter gebruikt de 
camera uit voordat u deze 
aansluit of verwijdert.