Panasonic DMCGM1EG Operating Guide

Page of 350
140
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting)
Er kunnen tot 23 AF-zones scherp gesteld worden. 
Dit is zelfs werkzaam als een onderwerp zich niet in het midden van het scherm bevindt
De 23 AF-zones kunnen in 9 zones onderverdeeld worden en de zone waarop men wilt 
scherpstellen kan ingesteld worden
Het toestel stelt scherp op het object in de AF-zone in het midden van het scherm.
De positie en de maat van de AF-zone kunnen veranderd worden. 
Wanneer het onderwerp zich niet in het midden bevindt van de samenstelling in [Ø], kunt u 
het onderwerp in de AF-zone brengen, de scherpstelling en de belichting vaststellen door de 
sluitertijd tot de helft in te drukken, het toestel verplaatsen naar de samenstelling die u wilt 
terwijl u de ontspanknop tot de helft ingedrukt houdt en dan het beeld maken.
(Alleen als de focusmodus op [AFS] gezet is.)
U kunt een preciezere focus verkrijgen op een punt dat kleiner is dan [Ø].
De focuspositie kan ingesteld worden op een vergroot scherm. 
Als de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt, zal het scherm voor het controleren van de 
brandpuntpositie vergroot worden.
In de volgende gevallen, werkt [
] als [Ø]
Wanneer u bewegende beelden opneemt
Deze kan in de volgende gevallen niet op [
] gezet worden.
[AFF]/[AFC] (focusmodus)
Over [
] ([23-zone])
Over [
] ([1-zone])
Over [
] ([Spot])