Panasonic DMCGM1EG Operating Guide

Page of 350
250
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie
1
Selecteer het menu.
2
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en maak de verbinding. 
3
Selecteer een apparaat waarmee u verbinding wilt maken.
Als de verbinding gemaakt is, wordt het scherm weergegeven. Om de instelling voor het 
versturen te veranderen, drukt u op [DISP.]. 
4
Opnamen maken.
De beelden worden automatisch verzonden nadat ze genomen zijn.
Om de instelling te veranderen of om af te sluiten, drukt u op [Wi-Fi]
U kunt de instellingen niet veranderen terwijl u beelden verzendt. Wacht tot het verzenden 
klaar is.
Versturen van een beeld telkens wanneer een opname gemaakt wordt 
([Afbeeldingen versturen tijdens opname])
[Wi-Fi]
[Nieuwe verbinding] [Afbeeldingen versturen tijdens opname] 
[Smartphone]
Op uw smartphone/tablet
Wanneer u verbindt met [Via netwerk]:
1 Schakel de Wi-Fi-functie in.
2 Selecteer het draadloze toegangspunt waarmee u verbinding wilt maken en stel in.
3 Start “Image App”. 
Wanneer u verbinding maakt met [Wi-Fi Direct] of [WPS-verbinding] in [Direct]:
1 Start “Image App”. 
Wanneer u verbinding maakt met [Handmatig. verbinden.] in [Direct]:
1 Schakel de Wi-Fi-functie in.
2 Selecteer de SSID die overeenkomt met de SSID die weergegeven wordt op 
het scherm van dit toestel en voer vervolgens het password in.
3 Start “Image App”.