Panasonic KXTU301EXME Operating Guide
Telefoneren
15
Nummers kiezen
1
Voer het telefoonnummer in (maximaal 40
cijfers).
L
cijfers).
L
Druk als u een cijfer wilt corrigeren op
{
{
C/T}.
2
Druk op {C} om het nummer te kiezen.
3
Druk op {ic} om het gesprek te beëindigen.
Opmerking:
L
L
Druk op {*} totdat “p” wordt weergegeven om
een pauze in te voegen. Iedere keer dat “p”
wordt weergegeven, wordt een pauze van 3
seconden ingevoegd.
seconden ingevoegd.
L
Zie pagina 26 om de functie voor automatisch
opnieuw kiezen in te stellen.
opnieuw kiezen in te stellen.
De luidspreker gebruiken
1
Kies het telefoonnummer en druk op {s}.
L
L
Praat tegen de persoon aan de andere
kant van de lijn.
kant van de lijn.
2
Druk op {ic} om het gesprek te
beëindigen.
beëindigen.
Opmerking:
L
L
Gebruik voor de beste prestaties de handsfree
functie in een rustige omgeving.
functie in een rustige omgeving.
L
Druk op {s} of {C} om terug te schakelen naar
de ontvanger.
de ontvanger.
Ontvangstvolume of luidsprekervolume
bijstellen
bijstellen
Er zijn 6 volumeniveaus (1 tot en met 6)
beschikbaar.
Druk terwijl u spreekt meerdere keren op {+} of
{-}
beschikbaar.
Druk terwijl u spreekt meerdere keren op {+} of
{-}
.
L
Wanneer u het ontvangstvolume op niveau 5 of
6 wilt instellen, wordt “Volumeversterking
openen?” weergegeven. Druk op M om het
6 wilt instellen, wordt “Volumeversterking
openen?” weergegeven. Druk op M om het
volume aan te passen.
Opmerking:
L
L
Zelfs als u het ontvangstvolume op niveau 5 of 6
hebt ingesteld, wordt het volume verlaagd naar
niveau 4 wanneer de telefoon wordt
uitgeschakeld.
hebt ingesteld, wordt het volume verlaagd naar
niveau 4 wanneer de telefoon wordt
uitgeschakeld.
Internationaal gesprek
1
1
Houd {0 } ingedrukt totdat de internationale
toegangscode “+” wordt weergegeven.
toegangscode “+” wordt weergegeven.
2
Voer achtereenvolgens het land-
/regionummer, het netnummer en het
abonneenummer in. s {C}
/regionummer, het netnummer en het
abonneenummer in. s {C}
Noodnummer
Als u een noodnummer wilt kiezen, moet de
telefoon zich binnen het bereik van een GSM-
netwerk bevinden.
Een noodnummer bellen:
Voer het noodnummer in. s {C}
Opmerking:
L
telefoon zich binnen het bereik van een GSM-
netwerk bevinden.
Een noodnummer bellen:
Voer het noodnummer in. s {C}
Opmerking:
L
Neem contact op met uw netwerkoperator als u
een nummer niet kunt kiezen met uw telefoon of
voor informatie over noodnummers.
een nummer niet kunt kiezen met uw telefoon of
voor informatie over noodnummers.
Inkomende gesprekken
aannemen
Wanneer een oproep wordt ontvangen, begint de
beltoonindicator te knipperen.
beltoonindicator te knipperen.
1
Druk op {C} of {s} om een oproep te aan te
nemen.
L
nemen.
L
U kunt een oproep ook aannemen door op
een kiestoets te drukken van {0} t/m {9},
{*}
een kiestoets te drukken van {0} t/m {9},
{*}
of {#}. (Aannemen met willekeurige
toets: pagina 26)
L
Druk op {ic} als u de oproep wilt
weigeren.
weigeren.
2
Druk op {ic} om het gesprek te beëindigen.
Het belvolume aanpassen
■ Wanneer de telefoon overgaat voor een
inkomende oproep:
Druk op {+} of {-} tot het gewenste volume
wordt weergegeven.
L
Druk op {+} of {-} tot het gewenste volume
wordt weergegeven.
L
■ Het volume op voorhand aanpassen:
1
1
s E s M
2
{
r}
: “Geluid” s M
3
{
r}
: “Belvolume” s M
4
Druk op {+} of {-} om het gewenste
volume te selecteren.
volume te selecteren.
Beltoon tijdelijk afzetten
Wanneer de telefoon overgaat, kunt u de beltoon
tijdelijk uitschakelen door op {C/T} te drukken.
tijdelijk uitschakelen door op {C/T} te drukken.
TU301EXME(du-du).book Page 15 Tuesday, September 6, 2011 9:01 AM