Fluke Fluke 4325181 User Manual

Product codes
4325181
Page of 56
 
Earth/Ground Tester 
 
Geavanceerd gebruik 
19 
Meetkring 
Deze kring kan worden geactiveerd door op de knop "START TEST" te drukken. Na het 
loslaten van de knop "START TEST" wordt de laatste meetwaarde op het display 
weergegeven. Door vervolgens nog een keer/meerdere keren op de knop "DISPLAY 
MENU" te drukken, kunnen aanvullende waarden worden opgeroepen. Als een 
meetwaarde de vooraf ingestelde grenswaarde over- of onderschrijdt, kan ook de 
grenswaarde worden weergegeven (met "DISPLAY MENU"). In dat geval wordt de 
meetwaarde weergegeven met een knipperend "LIMIT"-pictogram en de grenswaarde 
met een continu zichtbaar "LIMIT"-pictogram. 
Binnen de meetkring kunnen de parameters niet worden gewijzigd. 
Verdere opties van de knopbediening: 
Annuleren van waarschuwingssignaal () met de knop "DISPLAY MENU" (met wisseling 
van weergave) of met de knop "CHANGE ITEM" of "SELECT" (zonder wisseling van 
weergave). 
Meetsnoeraansluiting controleren (toewijzing van aansluitingen) 
Op basis van de geselecteerde meting voert het instrument een automatische controle uit 
om te verifiëren of de juiste ingangsbussen worden gebruikt.  
De pictogrammen  en  zijn aan een specifieke bus toegewezen, zie 
afbeelding 4. 
De juistheid van de aansluitingen kan worden afgeleid van de wijze waarop de 
pictogrammen worden weergegeven, en wel als volgt: 
  Bus verkeerd aangesloten (of per ongeluk niet aangesloten): het desbetreffende 
pictogram knippert. 
  Bus juist aangesloten: het desbetreffende pictogram is continu actief. 
  Bus met geen aansluiting: het desbetreffende pictogram is blanco. 
Meting van storingen - spanningen en frequenties 
Deze meetfunctie detecteert mogelijke stoorspanningen en de bijbehorende frequenties. 
Deze functie is automatisch actief in elke schakelaarstand voorafgaand aan een 
aardings- of weerstandsmeting. Als de vooraf ingestelde waarden worden overschreden, 
wordt de stoorspanning als te hoog beschouwd en wordt de meting automatisch 
voorkomen. De frequentie van een stoorspanning kan alleen worden gemeten als deze 
stoorspanning hoger is dan 1 V. 
Zet de centrale draaischakelaar in de gewenste stand, lees de meetwaarde van de 
stoorspanning af; de meetwaarde van de stoorfrequentie kan met de knop "DISPLAY" 
worden weergegeven.