Brother Innov-is 6700D Guía De Operación
5
NE
DE
RL
ANDS
DE
RL
ANDS
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE
SPOEL
Benodigde materialen
■ Spoelhuis en spoelhuisdeksel
a
Spoelhuis (grijs)
Op de met “A” aangegeven plaats bevindt zich een
inkeping.
Op de met “A” aangegeven plaats bevindt zich een
inkeping.
b
Spoelhuisdeksel met lipjes (voor werken met de spoel)
Aan de achterzijde van het spoelhuisdeksel bevinden
zich lipjes “B”.
Deze lipjes houden de spoel omlaag zodat deze niet
naar buiten komt wanneer u dik draad gebruikt.
U kunt dit spoelhuisdeksel ook gebruiken voor normaal
naaien.
Aan de achterzijde van het spoelhuisdeksel bevinden
zich lipjes “B”.
Deze lipjes houden de spoel omlaag zodat deze niet
naar buiten komt wanneer u dik draad gebruikt.
U kunt dit spoelhuisdeksel ook gebruiken voor normaal
naaien.
■ Onderdraad
We raden u de volgende soorten draad aan voor het
werken met de spoel.
werken met de spoel.
* Als u lint gebruikt, raden wij u aan geen draadspanning te
gebruiken. Zie pagina 8 voor meer gedetailleerde instructies.
■ Bovendraad
Machineborduurgaren (polyestergaren) of
monofilament garen (doorzichtig nylondraad).
Als u niet wilt dat de bovendraad zichtbaar is, raden wij
u aan transparant monofilament nylongaren of
lichtgewicht polyestergaren (gewicht 50 of hoger) te
gebruiken dat dezelfde kleur heeft als de onderdraad.
monofilament garen (doorzichtig nylondraad).
Als u niet wilt dat de bovendraad zichtbaar is, raden wij
u aan transparant monofilament nylongaren of
lichtgewicht polyestergaren (gewicht 50 of hoger) te
gebruiken dat dezelfde kleur heeft als de onderdraad.
■ Naald
Gebruik een naald die geschikt is voor de bovendraad
en stof die u gebruikt. Zie “Overzichtsschema van
stoffen/draad/naald” (in het hoofdstuk “NAALD
VERWISSELEN”) en “Borduren stap voor stap” in de
bedieningshandleiding van de machine.
en stof die u gebruikt. Zie “Overzichtsschema van
stoffen/draad/naald” (in het hoofdstuk “NAALD
VERWISSELEN”) en “Borduren stap voor stap” in de
bedieningshandleiding van de machine.
■ Persvoet
Naaisteken of decoratieve steken: monogramvoet “N”
Vrij naaien: vrije quiltvoet “C”, vrije open quiltvoet “O”
of vrije echoquiltvoet “E”
of vrije echoquiltvoet “E”
Borduren: borduurvoet “W”
■ Stof
Naai altijd enkele steken op een proeflapje met
dezelfde draad en stof als u voor het echte werk
gebruikt.
dezelfde draad en stof als u voor het echte werk
gebruikt.
<Naaien/borduren>
Borduurdraad of decoratieve draad
nr. 5 of fijner
nr. 5 of fijner
Flexibel geweven lint
(Voor borduren wordt ca. 2 mm
(ca. 5/64 inch) aanbevolen)
(Voor borduren wordt ca. 2 mm
(ca. 5/64 inch) aanbevolen)
<Alleen naaien>
Fijn borduurlint (zijde of
zijdeachtig materiaal) (3,5 mm (ca.
1/8 inch) of minder aanbevolen)
zijdeachtig materiaal) (3,5 mm (ca.
1/8 inch) of minder aanbevolen)
Opmerking
• Gebruik geen zwaardere draad dan borduurdraad
nr. 5.
• Bepaalde soorten draad zijn mogelijk niet geschikt
voor het werken met de spoel. Naai daarom altijd
enkele steken op een proeflapje voordat u met het
echte werk begint.
enkele steken op een proeflapje voordat u met het
echte werk begint.
Opmerking
• De naairesultaten kunnen worden beïnvloed door
het soort stof dat u gebruikt. Naai altijd eerst enkele
steken op een proeflapje van de stof die u ook voor
het echte werk gebruikt.
steken op een proeflapje van de stof die u ook voor
het echte werk gebruikt.