Panasonic KXTG7223NL Guía De Operación
Meerdere apparaten bedienen
27
L
U heft de selectie van een
handsetnummer op door er nogmaals
op te drukken. Het nummer stopt met
knipperen.
handsetnummer op door er nogmaals
op te drukken. Het nummer stopt met
knipperen.
6
{^}
/{V}: “JA” i {>}
L
U hoort een lange pieptoon en het
nummer van de handset verdwijnt.
nummer van de handset verdwijnt.
L
De handset piept niet wanneer het
toestel zijn eigen registratie annuleert.
toestel zijn eigen registratie annuleert.
7
{ih}
Het bereik van het basisstation
vergroten
vergroten
U kunt het signaalbereik van het basisstation
vergroten met een DECT-repeater. Gebruik
alleen de Panasonic DECT-repeater zoals
vermeld op pagina 4. Raadpleeg uw
Panasonic-verkoper voor meer informatie.
Belangrijk:
L
vergroten met een DECT-repeater. Gebruik
alleen de Panasonic DECT-repeater zoals
vermeld op pagina 4. Raadpleeg uw
Panasonic-verkoper voor meer informatie.
Belangrijk:
L
Voordat u de repeater bij dit basisstation
registreert, schakelt u de repeatermodus
in.
registreert, schakelt u de repeatermodus
in.
L
Gebruik niet meer dan één repeater
tegelijk.
tegelijk.
De repeatermodus instellen
1
{j
/OK}
2
{^}
/{V}: “Basisst.Inst.” i {>}
3
{^}
/{V}: “Overige opties” i {>}
4
{^}
/{V}: “Tussenstation” i {>}
5
{^}
/{V}: “AAN” of “UIT” i {>} i
{ih}
Opmerking:
L
L
Nadat u de repeatermodus hebt in- of
uitgeschakeld, knippert even w op de
handset. Dit is normaal. De handset kan
worden gebruikt als w niet meer knippert.
uitgeschakeld, knippert even w op de
handset. Dit is normaal. De handset kan
worden gebruikt als w niet meer knippert.
Intercom tussen
handsets
handsets
Intercomgesprekken kunnen met meerdere
handsets tegelijk worden gevoerd.
handsets tegelijk worden gevoerd.
Voorbeeld: Als met handset 1 handset 2
wordt gebeld
wordt gebeld
1
Handset 1:
{
{
INT} i Druk op {2} (het gewenste
handsetnummer).
2
Handset 2:
{C}
{C}
3
Als het gesprek beëindigd is, drukt u op
{ih}
{ih}
.
Gesprekken
doorverbinden tussen
handsets
doorverbinden tussen
handsets
Externe gesprekken kunnen tussen 2
personen worden doorgeschakeld.
Voorbeeld: Als u met handset 1 een gesprek
doorverbindt naar handset 2
personen worden doorgeschakeld.
Voorbeeld: Als u met handset 1 een gesprek
doorverbindt naar handset 2
1
Handset 1:
Druk tijdens een extern gesprek op
{
Druk tijdens een extern gesprek op
{
INT}. i Druk op {2} (het gewenste
handsetnummer).
L
L
Het externe gesprek komt in de wacht
te staan.
te staan.
L
Druk als er geen antwoord is op
{
{
INT} om terug te keren naar het
externe gesprek.
2
Handset 2:
Neem op met {C}.
L
Neem op met {C}.
L
Handset 2 kan met handset 1 praten.
3
Handset 1:
Druk op {ih} als u het doorschakelen
wilt voltooien.
Druk op {ih} als u het doorschakelen
wilt voltooien.
Oproepen doorschakelen zonder met de
gebruiker van de andere handset te
spreken
gebruiker van de andere handset te
spreken
1
Druk tijdens een extern gesprek op
{
{
INT}. i Druk op het gewenste
handsetnummer.
L k
L k
knippert om aan te geven dat het
externe gesprek in de wacht staat.
TG7200-7220NL(du-du).book Page 27 Friday, July 6, 2007 2:40 PM