Eurochron Funk-Wetterstation EFWS 401 Wireless Weather Station C8404 Hoja De Datos

Los códigos de productos
C8404
Descargar
Página de 12
b) batterijen in het basisstation plaatsen
-
   Open het batterijvak van het basisstation door het deksel van het batterijvak aan de onderzijde 
naar achter in de pijlrichting eruit te schuiven.
-
   Plaats twee batterijen van het type AA/Mignon in het batterijvak. Houd rekening met de juiste 
polariteit (plus/+ en min/-). Sluit het batterijvak weer. 
-
   Direct na het plaatsen van de batterijen geeft het basisstation kort alle displaysegmenten weer 
en is een geluidssignaal te horen. Als er alleen vreemde tekens op de display verschijnen, druk 
dan de „RESET“-toets in (16), bijv. met een tandenstoker.
 
 Eventueel kan de batterij ook gedurende enkele seconden worden verwijderd en weer opnieuw 
worden geplaatst.
c) Zoeken naar beschikbare buitensensoren
-
   Na het plaatsen van de batterijen begint het basisstation automatisch, na het geluidssignaal, 
de beschikbare buitensensoren te zoeken. Dit zoekproces duurt ca. 5 minuten. 
 
 Verplaats het basisstation en de buitensensor gedurende deze tijd niet, druk geen toets in.
-
   Als het zoekproces is afgerond, knippert het ontvangstsymbool (8) van het DCF-signaal. Het 
basisstation zoekt nu naar het DCF-signaal om de tijd automatisch in te stellen, zie de volgende 
paragraaf.
d) dCF-ontvangst 
Bij het DCF-signaal gaat het om een signaal dat door een zender in 
Mainflingen (in de buurt van Frankfurt am Main) wordt uitgezonden. 
Het  bereik  ervan  bedraagt  maximaal  1.500  km,  bij  optimale  ont-
vangstcondities zelfs maximaal 2.000 km.
Het  DCF-signaal  omvat  onder  andere  de  exacte  tijd  en  datum  (het 
basisstation kan echter alleen de tijd weergeven).
Hierdoor vervalt dus ook het omslachtig handmatig instellen van de 
zomer- en wintertijd.
-
   Nadat het basisstation het zoekproces naar de buitensensor heeft afgerond, begint u het zoek-
proces naar het DCF-signaal, het radiotorensymbool (8) knippert.
-
   Plaats  het  basisstation  niet  naast  elektronische  apparaten,  metalen  delen,  kabels  enz.  Een 
slechte ontvangst is bovendien te verwachten bij gemetalliseerde isolatieramen, staalbeton-
constructies, antistatisch speciaal behang of in kelderruimtes.
-
   De detectie van het DCF-signaal en de verwerking ervan kan 6 minuten duren. Verplaats het 
basisstation in deze tijd niet. Druk geen toets in. 
 
 Als het basisstation het DCF-signaal foutloos heeft geëvalueerd, verschijnt de huidige tijd in de 
bovenste displayregel en stopt het radiotorensymbool (8) met knipperen. Tijdens de zomertijd 
verschijnt „DST“(= „Daylight Saving Time“  = zomertijd) links naast het radiotorensymbool (6).
 
 De  synchronisatie  van  het  basisstation  met  het  DCF-signaal  wordt  meerdere  malen  per  dag 
uitgevoerd  om  02:00,  08:00,  14:00  en  20:00  uur.  Zelfs  één  succesvolle  ontvangst  per  dag 
voldoet, om de afwijking van de geïntegreerde klok onder een seconde te houden.
-
   Als er na ongeveer 6 minuten nog steeds geen actuele tijd in de display van het basisstation 
wordt weergegeven, zet het basisstation dan op een andere plek.
 
Druk dan kort op de „RCC“-toets (17) om de DCF-ontvangstpoging opnieuw te starten.
 
Optioneel kan de klok handmatig op het basisstation worden ingesteld.
-
   Hierna is het weerstation klaar voor gebruik
e) montage/Plaatsing
 Voordat u de buitensensor monteert, moet u ervoor zorgen dat het basisstation het ra-
diosignaal van de buitensensor goed ontvangt.
-
   De buitensensor kan via de opening (21) aan de achterkant aan een spijker, een schroef of een 
haak aan de wand worden bevestigd. Ook kunt u deze op een vlakke ondergrond installeren.
 
 De buitensensor is geschikt voor gebruik op een beschutte plaats buitenshuis. De sensor moet 
zodanig worden geplaatst dat deze niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht, omdat dit an-
ders  tot  verkeerde  meetwaarden  leidt.  Neerslag  op  de  buitensensor  leidt  eveneens  tot  ver-
keerde meetwaarden, omdat de behuizing afkoelt. Gebruik de buitensensor nooit in of onder 
water, daardoor kan deze onherstelbaar beschadigd raken!
 
 Wij adviseren u daarom, de plaats van opstelling zorgvuldig te kiezen, zodat de buitensensor 
de juiste temperatuur meet.
-
   Het basisstation kan op een vlakke, stabiele ondergrond worden geplaatst. Bescherm het op-
pervlak van kostbare meubels met een geschikte onderlegger tegen krassen. 
 
 Kies voor het opstellen een plaats die niet in de zon of naast een verwarming ligt. Dat leidt tot 
een onjuiste temperatuurweergave.
bediening
a) dCF-ontvangstpoging handmatig starten
-
   Druk kort op de „RCC“-toets (17) om de DCF-ontvangstpoging opnieuw te starten.
 
 Het DCF-ontvangstsymbool (8) op de display knippert. De ontvangstpoging duurt ongeveer 6 
minuten, verplaats het basisstation gedurende deze tijd niet en druk geen toets in. 
  Plaats  het  basisstation  niet  naast  elektronische  apparaten,  metalen  delen,  kabels  enz. 
Een  slechte  ontvangst  is  bovendien  te  verwachten  bij  gemetalliseerde  isolatieramen, 
staalbetonconstructies, antistatisch speciaal behang of in kelderruimtes.
-
   Indien op de opstelplaats geen DCF-ontvangst mogelijk is, stel de tijd dan handmatig in. Scha-
kel hiervoor de DCF-ontvanger uit door de „RCC“-knop (17) minstens 3 seconden ingedrukt te 
houden. Het DCF-radiotorensymbool (8) verdwijnt.
 
 Om de DCF-ontvangst weer te activeren, drukt u kort op de „RCC“-toets (17). Vervolgens zal de 
DCF-ontvangstpoging opnieuw worden gestart, zie hierboven.
b) Zoeken naar buitensensoren handmatig starten
-
   Druk op het basisstation kort de „SENSOR“-toets (12) in, het radiotorensymbool (6) knippert. 
-
   Het basisstation zoekt nu naar beschikbare buitensensoren (één is opgenomen in de levering, 
maximaal twee andere kunnen als accessoire worden besteld). Het zoeken duurt 5 minuten, 
druk gedurende deze tijd geen toetsen in op het basisstation en verplaats het niet.
  Als meer dan één buitensensor wordt gebruikt, moet elke sensor op een ander transmis-
siekanaal worden ingesteld, gebruik hiervoor de schuifschakelaar (22) in het batterijvak 
van de buitensensor.
 
 Als de buitensensor niet wordt gevonden (alleen streepjes in het displaygebied van de buiten-
sensor), verminder dan de afstand tussen de buitensensor en het basisstation, selecteer een 
andere plek voor de montage/plaatsing; raadpleeg het hoofdstuk „Bereik“.
-
   Als de ontvanger voor de buitensensor uitgeschakeld moet worden, houdt de „SENSOR“-knop 
(12) dan minstens 3 seconden ingedrukt, het radiotorensymbool (6) verdwijnt. De meetgege-
vens van de buitensensoren worden nu niet langer ontvangen. 
 
 Voor het inschakelen van de ontvanger drukt u kort op de „SENSOR“-toets (12), het basissta-
tion zal nu zoeken naar beschikbare buitensensoren, zie hierboven.
c) instellen van de 12u-/24u-modus van de tijd en tijdzone
-
   Om de instelmodus te starten, houdt u de toets „DISPLAY SET“ (14) ca. 3 seconden ingedrukt, 
totdat op het display „12“ of „24“ knippert.
-
   Kies met de toets „CH +“ (10) of „MEM -“ (15) tussen de 12u- en 24u-modus.
 
 Bij de 12u-modus verschijnt in de eerste helft van de dag „am“ links naast de tijd, in de tweede 
helft van de dag „pm“.
-
   Druk kort op de „DISPLAY SET“-toets (14), de uren van de tijd knipperen.
-
   Stel de uren in met de toets „CH +“ (10) resp. „MEM -“ (15). Voor een snelle instelling dient u de 
betreffende toets langer ingedrukt te houden.
-
   Druk kort op de „DISPLAY SET“-toets (14), de minuten van de tijd knipperen.
-
   Stel de minuten in met de toets „CH +“ (10) resp. „MEM -“ (15). Voor een snelle instelling dient 
u de betreffende toets langer ingedrukt te houden.
-
   Druk kort op de „DISPLAY SET“-toets (14), de seconden van de tijd knipperen.
-
   Door kort op de toets „CH +“ (10) of „MEM -“ (15) te drukken, worden de seconden op „00“ 
gezet.
-
   Druk kort op de „DISPLAY SET“-toets (14), de instelling van de tijdzone knippert.
-
   Stel de tijdzone met toets „CH +“ (10) resp. „MEM -“ (15) in het bereik van +23 tot -23 uur in. 
Voor een snelle instelling dient u de betreffende toets langer ingedrukt te houden.
-
   Beëindig de instelmodus door kort te drukken op de toets „DISPLAY SET“ (14). Daarna ver-
schijnt de tijd weer.
 De instelmodus kan op elke plek worden verlaten door de toets „DISPLAY SET“ (14) ge-
durende 3 seconden in te drukken. De voorafgaande instellingen worden daarbij overge-
nomen.
 
 Hetzelfde geldt als u gedurende 1 minuut geen toetsen indrukt. Ook hier wordt de instel-
modus verlaten en de laatste instellingen opgeslagen.
d) omschakelen tussen 12u- / 24u-modus
Ga hiervoor zoals onder c) beschreven te werk. 
Als de instelmodus wordt gestart, verdwijnt het radiotorensymbool (8) van de DCF-ontvangst. Als 
het basisstation de dagelijkse ontvangstpoging (om 02:00, 08:00, 14:00 en 20:00 uur) met suc-
ces uitvoert, verschijnt het opnieuw. De instelling van de 12u-/24u-modus blijft daarbij behouden.
e) tijdzone instellen
Ga hiervoor zoals onder c) beschreven te werk. 
Als de instelmodus wordt gestart, verdwijnt het radiotorensymbool (8) van de DCF-ontvangst. Als 
het basisstation de dagelijkse ontvangstpoging (om 02:00, 08:00, 14:00 en 20:00 uur) met succes 
uitvoert, verschijnt het opnieuw. De instelling van de tijdzone blijft daarbij behouden.
f) Wekfunctie
Wektijd bekijken
-
   Druk kort op de „ALARM SET“-toets (9) om de wektijd weer te geven, rechts naast de tijdsaan-
duiding verschijnt „AL“.
-
   Om naar de tijdweergave terug te keren, wacht u enkele seconden zonder een toets in te druk-
ken. 
Wekfunctie in-/uitschakelen
-
   Als de wektijd wordt weergegeven, drukt u kort op de „ALARM SET“-toets (9) om de wekfunc-
tie in of uit te schakelen.
-
   Wanneer de wekfunctie is geactiveerd, verschijnt boven „AL“ een klein belsymbool „
“.
Wektijd instellen
-
   Wanneer de wekfunctie wordt weergegeven, houdt u de toets „ALARM SET“ (9) ongeveer 3 
seconden ingedrukt, totdat de uren van de wektijd knipperen. Laat de knop daarna weer los.
-
   Stel de uren van de wektijd in met de toets „CH +“ (10) resp. „MEM -“ (15). Houd de betreffende 
toets langer ingedrukt voor de snelle aanpassing.
-
   Druk kort op de „ALARM SET“-toets (9), de minuten van de wektijd knipperen.
-
   Stel de minuten van de wektijd in met de toets „CH +“ (10) resp. „MEM -“ (15). Houd de betref-
fende toets langer ingedrukt voor de snelle aanpassing.
-
   Druk kort op de „ALARM SET“-toets (9), de instelmodus wordt verlaten.
 Als de wektijd wordt ingesteld, wordt de wekfunctie automatisch ingeschakeld.
sluimerfunctie activeren resp. weksignaal beëindigen
-
   Op de ingestelde wektijd wordt het alarm geactiveerd en het belsymbool „
“ knippert.
-
   Door op de „SNOOZE/LIGHT“-toets (13) te drukken, wordt het weksignaal gedurende 5 minu-
ten onderbroken. Intussen knippert het belsymbool „
“.
 
Aansluitend wordt het weksignaal opnieuw gestart. 
 
Dit kan meerdere keren na elkaar worden gedaan.
-
   Om het weksignaal (of de sluimermodus) te beëindigen, drukt u op de „ALARM SET“-toets (9).
 Het alarm wordt na 2 minuten automatisch beëindigd als er geen toets wordt ingedrukt.
 
De volgende dag wordt het weksignaal op de ingestelde tijd opnieuw geactiveerd.
g) buitensensoren omschakelen
-
   Als  meer  dan  één  buitensensor  op  het  basisstation  is  aangemeld,  drukt  u  kort  op  de  „CH 
+“-toets (10) om tussen de buitensensoren te schakelen. Het betreffende sensornummer (2) 
wordt op het display weergegeven.
-
   Als  de  omschakeling  tussen  de  buitensensoren  automatisch  moet  plaatsvinden,  houdt  u  de 
„CH +“-toets (10) gedurende 3 seconden ingedrukt. Elk kanaal wordt enige seconden weerge-
geven voordat automatisch naar het volgende kanaal wordt overgeschakeld.
 
Om de automatische omschakeling uit te schakelen, drukt u kort op de „CH +“-toets (10).
h) temperatuureenheid °C/°F omschakelen
Met de schuifschakelaar „°C °F“ (11) kunt u tussen de temperatuureenheid °C (graden Celsius) en 
°F (graden Fahrenheit) schakelen. 
i) maximum-/minimumwaarde weergeven
Het basisstation slaat de grenswaarden op voor de binnen- en buitentemperatuur. Druk meerdere 
malen kort op de toets „MEM -“ (15) om tussen de volgende weergaven te schakelen:
-
   Maximumwaarde („MAX“ in de display)
-
   Minimumwaarde („MIN“ in de display)
-
   Huidige meetwaarde
Als  geen  toetsen  worden  ingedrukt,  wordt  de  weergave  van  de  maximum-  resp.  mini-
mumwaarde  na  5  seconden  automatisch  teruggezet  naar  de  weergave  van  de  huidige 
waarde.