Samsung M2885FW Manuel D’Utilisation
Systeeminstallatie
232
3. Menu´s met nuttige instellingen
11
Netwerkinstallatie
Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk
niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet
van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 34).
niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet
van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 34).
•
Druk op
(Menu) > Netwerk op het bedieningspaneel.
Optie
Beschrijving
TCP/IP (IPv4)
Selecteer het passende protocol en de
configuratieparameters voor gebruik in de
netwerkomgeving.
configuratieparameters voor gebruik in de
netwerkomgeving.
Er moeten heel wat parameters ingesteld
worden. Als u niet zeker bent, laat u ze
ongemoeid of raadpleegt u de
netwerkbeheerder.
worden. Als u niet zeker bent, laat u ze
ongemoeid of raadpleegt u de
netwerkbeheerder.
TCP/IP (IPv6)
Selecteer deze optie om gebruik te maken van een
IPv6-netwerkomgeving (zie "IPv6-configuratie" op
pagina 166).
IPv6-netwerkomgeving (zie "IPv6-configuratie" op
pagina 166).
Ethernet-snel.
Hiermee kunt u de transmissiesnelheid van het
netwerk configureren.
netwerk configureren.
Draadloos
Selecteer deze optie om gebruik te maken van een
draadloos netwerk.
draadloos netwerk.
Protocolmgr.
U kunt de volgende protocollen activeren of
uitschakelen.
uitschakelen.
• Netwerk activeren: : U kunt instellen of u Ethernet
aan of uit wilt zetten.
• Http activeren: U kunt selecteren of u al dan niet
gebruik wilt maken van de functie SyncThru™ Web
Service.
Service.
• WINS: U kunt de WNS-server configureren. WINS
(Windows Internet Name Service) wordt gebruikt in
het Windows-besturingssysteem.
het Windows-besturingssysteem.
• SNMP V1/V2: U moet deze optie inschakelen om
het protocol SNMP V1/V2 te kunnen gebruiken.
Systeembeheerders kunnen gebruikmaken van
SNMP om apparaten in het netwerk te monitoren
en beheren.
Systeembeheerders kunnen gebruikmaken van
SNMP om apparaten in het netwerk te monitoren
en beheren.
• UPnP(SSDP): U moet deze optie inschakelen om
het protocol UPnP(SSDP) te kunnen gebruiken.
Zet het apparaat uit en aan nadat u deze
instelling hebt gewijzigd.
instelling hebt gewijzigd.
Optie
Beschrijving