Bosch TKA8631 Manuel D’Utilisation
Achteruitrijwaar-
schuwer
schuwer
0 986 334 001
(3 ... 30 V)
Veiligheidsadviezen
Controleert u vóór u met
de montage begint, dat de
massaleiding van de accu
afgeklemt is.
massaleiding van de accu
afgeklemt is.
Controleert u dat de achter-
uitrijwaarschuwer noch aan
de lange zijde noch aan de
brede zijde van het voertuig
uitsteekt.
de lange zijde noch aan de
brede zijde van het voertuig
uitsteekt.
Controleert u, dat de leidin-
gen zich niet in de buurt van
delen met hoge temperatuur
(uitlaatinstallatie) of van
beweeglijke delen (ruiten-
wissers) bevinden.
delen met hoge temperatuur
(uitlaatinstallatie) of van
beweeglijke delen (ruiten-
wissers) bevinden.
Controleert u, dat de
leidingen zich niet met andere
delen verwarren of hun
stabiliteit verliezen.
delen verwarren of hun
stabiliteit verliezen.
Wordt het voertuig geduren-
de een langere tijd niet
gebruikt kiest u dan een
parkeerplaats waar de achter-
uitrijwaarschuwer noch aan
hoge temperaturen noch aan
vochtigheid blootgesteld is.
gebruikt kiest u dan een
parkeerplaats waar de achter-
uitrijwaarschuwer noch aan
hoge temperaturen noch aan
vochtigheid blootgesteld is.
Overtuigt u zich ervan, dat de
achterkant van het voertuig
beveiligd is wanneer u achter-
uit rijdt ook al is de achter-
uitrijwaarschuwer geïnstal-
leerd.
beveiligd is wanneer u achter-
uit rijdt ook al is de achter-
uitrijwaarschuwer geïnstal-
leerd.
Omvang van de levering
1 achteruitrijwaarschuwer met
400 mm leiding, 2 connectors,
schroef M 8 met veerring en
moer, 2 plaats-schroef.
400 mm leiding, 2 connectors,
schroef M 8 met veerring en
moer, 2 plaats-schroef.
Montage
Een gat van 8 mm op de
gekozen montageplaats boren.
Achteruitrijwaarschuwer m.b.v.
de bijgevoegde schroef,
verende borgring en moer
bevestigen.
gekozen montageplaats boren.
Achteruitrijwaarschuwer m.b.v.
de bijgevoegde schroef,
verende borgring en moer
bevestigen.
Electrische aansluiting
Minusleiding van de
accu afmaken!
accu afmaken!
Wanneer de achteruitrijwaar-
schuwer bediend wordt.
Verbindt u de rode leiding van
de achteruitrijwaarschuwer X1
met de spanningsleiding van
het achteruitrijlicht E1. De
zwarte leiding van de achteruit-
rijwaarschuwer legt u a massa.
Maakt u, indien nodig, de leidin-
gen van de achteruitrijwaar-
schuwer korter. De verbindin-
gen macht u s.v.p. met de
medgeleverde connectors
(zie afbeelding 4).
schuwer bediend wordt.
Verbindt u de rode leiding van
de achteruitrijwaarschuwer X1
met de spanningsleiding van
het achteruitrijlicht E1. De
zwarte leiding van de achteruit-
rijwaarschuwer legt u a massa.
Maakt u, indien nodig, de leidin-
gen van de achteruitrijwaar-
schuwer korter. De verbindin-
gen macht u s.v.p. met de
medgeleverde connectors
(zie afbeelding 4).
Wanneer de achteruitrijwaar-
schuwer gedurende de nacht
afgeschakelt moet worden.
De rode leiding van de achter-
uitrijwaarschuwer X1 met de
achteruitrijlicht E1 verbinden en
de zwarte leiding met de span-
ningsleiding van het achterlicht
of het kentekenlicht E2, die bij
de nachtrit ingeschakeld zijn.
Maakt u, indien nodig, de
leidingen van de achteruitrij-
licht korter. De verbindingen
maakt u s.v.p. met de meegele-
verde connectors X2 (zie
afbeelding 4).
schuwer gedurende de nacht
afgeschakelt moet worden.
De rode leiding van de achter-
uitrijwaarschuwer X1 met de
achteruitrijlicht E1 verbinden en
de zwarte leiding met de span-
ningsleiding van het achterlicht
of het kentekenlicht E2, die bij
de nachtrit ingeschakeld zijn.
Maakt u, indien nodig, de
leidingen van de achteruitrij-
licht korter. De verbindingen
maakt u s.v.p. met de meegele-
verde connectors X2 (zie
afbeelding 4).
Aanwijzing!
– Niet geisoleerde leidingsende
– Niet geisoleerde leidingsende
en leidingsverbinder met
een leidingstang vast samen
druken.
een leidingstang vast samen
druken.
– Verwarming af de krimpslang
met een warmteorzak, aanja-
ger van warme lucht, of aan-
steker.
ger van warme lucht, of aan-
steker.
Controle
Nadat de verbindingen gemaakt
zijn, trekt u voorzichtig aan
de draden om zich te overtuigen
van de stevigheid van de lei-
dingsverbindingen.
zijn, trekt u voorzichtig aan
de draden om zich te overtuigen
van de stevigheid van de lei-
dingsverbindingen.
Verklaringen afbeelding 2 en 3
E1
E1
achteruitrijlicht
E2
koplamp, achterlicht,
kentekenlicht
kentekenlicht
F
zekering
G
accu
S1
achteruitrijlichtschakelaar
S2
lichtschakelaar
S3
contactschakelaar
W
massa
X1
achteruitrijwaarschuwer
X2
leidingsverbinder
Nederlands
➊
➌
➍
➋