Fluke Fluke 4325170 Manuel D’Utilisation

Codes de produits
4325170
Page de 40
 
Earth/Ground Tester 
 
Geavanceerd gebruik 
23 
4. Lees 
meetwaarde 
R
E
 af.  
Opmerking 
Voordat u de aardingspennen voor de probe en de hulpaardelektrode 
plaatst, dient u ervoor te zorgen dat de probe buiten de spanningstrechter 
(potentiaalgradiënt) van de aardelektrode en van de hulpaardelektrode 
wordt geplaatst. Normaal gesproken bereikt u een dergelijke situatie door 
een afstand van > 20 m tussen de aardelektrode en de aardingspennen 
alsook tussen de aardingspennen onderling te bewaren. Aan de hand van 
een nieuwe meting kan, na verplaatsing van de hulpaardelektrode of probe, 
de betrouwbaarheid van de resultaten worden gecontroleerd. Als het 
resultaat onveranderd blijft, is de afstand voldoende. Als de meetwaarde 
afwijkt, moet de probe of hulpaardelektrode worden verplaatst tot 
meetwaarde R
E
 constant blijft.   
De draden van de pennen mogen zich niet te dicht bij elkaar bevinden. 
5.  Breng de stroomtang/-transformator aan de volgende mastvoet aan.  
6.  Herhaal de meetsequentie. 
Daarbij moeten het voedingspunt van de meetstroom (krokodillenklem) en de 
polariteit van de split-core-stroomtransformator ongewijzigd worden gelaten. 
Nadat de waarde van R
Ei
 voor elke mastvoet is bepaald, moet de feitelijke 
aardingsweerstand R
E
 worden berekend: 
4
3
2
1
1
1
1
1
1
E
E
E
E
E
R
R
R
R
R
+
+
+
=
 
Opmerking 
Als ondanks een correcte oriëntering van de stroomtang/-transformator de 
weergegeven waarde van R
E
 negatief is, stroomt een deel van de 
meetstroom omhoog in de constructie van de mast. De effectieve 
aardingsweerstand kan correct worden berekend door de afzonderlijke 
vervangingsweerstanden (rekening houdend met hun polariteit) in de 
bovenstaande vergelijking op te nemen.