C Control Programming module RS232 I 198834 Manuel D’Utilisation

Codes de produits
198834
Page de 11
 
Algemeen / montage 
Voor het gebruik van de C-Control I besturingscomputer is voor het laden van een 
gecompileerd programma een verbinding via een interface naar uw PC nodig. De interface 
tussen PC en de stuurcomputer werkt bidirectioneel (twee richtingen), via deze interface 
worden naast de commandocodes voor de programmering van een toepassingsprogramma 
ook enige configuratie- en besturingscommando’s doorgegeven. In principe is een verbinding 
tussen PC en stuurcomputer alleen nodig voor de programmering. Aansluitend kan de 
stuurcomputer toegepast worden in de doelapplicatie en daar zelfstandig werken. De 
verbinding met de PC kan echter ook tijdens het werken in de doelapplicatie blijven bestaan 
en bijv. gebruikt worden voor het overdragen van meetdata (alleen RS232). Alle 
verbindingen dienen principieel in spanningsloze toestand gemaakt te worden. 
 
 
Montage 
De interface- / programmeermodules zijn mechanisch zo uitgevoerd dat deze ook in uw 
doelapplicatie met de apparaatbehuizing vastgeschroefd kunnen worden, indien u voor uw 
toepassing een vast gemonteerde interface nodig heeft. De afstand van de bevestigings-
gaten van de montagehoek bedraagt 38,7 mm. 
 
Interface- / programmeermodule RS232 
De interface- / programmeeradapter RS232 geeft tijdens bedrijf een zendwerking alsook een 
ontvangstwerking aan via een lichtdiode (LED1). Met jumper JP1 kunt u vastleggen welk 
kabel u gebruikt, een 1:1 of een nulmodemkabel. Let hierbij ook op de opdruk van de 
printplaat. Bij het product wordt een nulmodemkabel geleverd en jumper JP1 is overeen-
komstig geplaatst. 
 
 
Interface- / programmeermodule USB 
Werd in het verleden meestal de seriële interface voor de communicatie in meet-, regel en 
besturingstoepassingen gebruikt, heeft zich intussen de USB-aansluiting steeds meer 
doorgezet. Bij deze module zorgt een speciale software- besturing (driver) op de PC er voor, 
dat de gegevens van programma’s naar de in de software ingestelde virtuele COM-poort 
naar de USB-poort omgeleid worden. 
Tijdens bedrijf geeft de interface- /programmeermodule USB een zendwerking aan via LED1 
(groen) en een ontvangstwerking via LED2 (rood).