Leica Geosystems 820685 Manuel D’Utilisation

Page de 19
10
Bediening
Leica Lino 757665i nl
de
GB
F
I
E
P
nl
DK
S
N
FIN
J
CN
ROK
PL
HR
H
RUS
CZ
GR
LT
LV
EST
SLO
SK
m
TR
Controle van de nauwkeurigheid van de 
verticale lijn:
(alleen Lino P3, Lino P5 en Lino L2P5)
Zet de Lock schakelaar 
3 in de stand "Vrij" (
). 
Controle van het bovenste loodlijnpunt:
Controle van het onderste loodlijnpunt:
De laser opstellen op een statief of wandmontage-
beugel in de buurt van punt A1 op een minimale 
afstand van 1,5 m vanaf punt B1. De horizontale laser 
is uitgelijnd in richting 1. Markeer de laserspots A1 en 
B1 met een speld. 
Draai het instrument 180° zodat in de richting 2 kijkt 
tegenover 1. Verplaats het instrument zodat de laser-
straal exact op punt A1 valt. Als de afstand tussen 
punt B1 en B2 niet groter is dan 2 mm, dan is de Leica 
Lino binnen de toleranties.
Als de nauwkeurigheid van uw Leica Lino 
buiten de toleranties valt, neem dan contact op met 
een geautoriseerde dealer of met Leica Geosystems.
Foutindicaties
Temperatuur onder of boven het toegestane 
bereik: 
De laser schakelt uit en alle symbolen knipperen.
Buiten bereik van het zelfstellende vermogen:
De laser schakelt uit en het lampje bij het symbool 
van de geselecteerde functie gaat knipperen (voor 
L2), of de lijn of het punt gaat knipperen en het 
lampje bij het symbool van de geselecteerde functie 
gaat knipperen (voor P3, P5, L2+, L2G+ en L2P5).
Pendule gelockt:
(alleen Lino L360, L2P5, L2+, L2G+, L2)
De laserstraal is niet waterpas en het Lock symbool 
licht op.
1
B1
A1
B2
1.5 m
max. 2 mm
2
1
B1
A1
B2
1.5 m
max. 2 mm
2