Elro HA68S Fiche De Données

Page de 34
-49-
-16-
NL
NL
MAGNEET CONTACT
Het Magneetcontact bestaat uit twee delen: een Detector en een Magneet.  Ze 
werden ontworpen om aan deuren of vensters te hangen. De Magneet hangt 
aan het openingsdeel en de Detector aan het kozijn. Als je de beschermde 
deur/het venster opent, wordt het magnetische veld verwijdert en zal de 
Detector aanspringen. Dit start een alarmtoestand, (als het systeem 
ingeschakeld is en de alarmzone actief is). 
De Detector gebruikt een 3.6V 1/2 AA grootte Lithiumcel die onder normale 
omstandigheden een gewone levensduur heeft van ongeveer 5 jaar. Onder 
normale batterij-omstandigheden met het batterijdeksel gesloten, licht de LED 
op de Detector niet op als de Detector gestart wordt, (tenzij in testmodus). 
Maar onder lage batterij-omstandigheden licht deze LED op als de detector 
aangaat. Als dit gebeurt, moet je zo vlug mogelijk de batterij vervangen. 
1. Gebruik       en       knoppen om het menu te doorlopen totdat 'WALKTEST' 
verschijnt.
Druk op        om de Looptest te activeren. 'WALKTEST WAITING.verschijnt.’
  
2. Loop naar en beweeg in de beschermde zone; elke keer dat de detector 
beweging waarneemt flitst de LED achter de lens. Bovendien biept het 
Bedieningspaneel om aan te duiden dat het alarmsignaal ontvangen werd. De 
identificatie van de zone waarvoor de detector werd geconfigureerd verschijnt 
op het scherm.
Indien nodig pas je het detectiebereik aan door de ophangpositie van de PCB 
te veranderen binnen de PIR-behuizing.
Opmerking: In normale werking flitst de LED achter de PIR-lens niet op bij 
waarneming van een beweging, (tenzij de batterij leeg is).
Indien nodig pas het detectiepatroon weer aan door de ophangpositie van de 
PCB te veranderen binnen de PIR-omgeving.
3. Verwijder het achterste deksel van de PIR-detector. Het Bedieningspaneel 
biept en toont de naam van de detector om aan te duiden dat de sabotage-
schakelaar van de detector geactiveerd werd. 
4. Druk op        om terug te keren naar het bovenste menu van de TESTMODUS.
5. Herconfigureer de PIR-detector voor normale modus door DIP1 van SW2 op 
AF te zetten en plaats terug in positie.
Opmerking: Als de detector volledig geïnstalleerd is, d.w.z. batterijdeksel 
terug op zijn plaats, neemt de eenheid geen beweging waar gedurende 
 
Doorloop het menu totdat ':6 PARTIAL ARM 1' verschijnt en druk op       .
Opmerking: Op het einde van de configuratie Selectief inschakelen 1 druk 
op        om terug te keren naar het bovenste niveau van het programmeermenu.
Standaardinstelling: AAN
Doorloop het menu totdat ':5-2 Entry Delay Beep' verschijnt. 
De huidige instelling wordt ook getoond.
Om de instelling te veranderen, druk op        .
Druk op       om de biep Uitschakel Vertraging in te schakelen of
Druk op       om de biep Uitschakel Vertraging uit te schakelen.
BIEP INSCHAKEL VERTRAGING
Dit beheert de waarschuwingsbiep die werkt tijdens de tijd Uitstel buitengaan als 
Volledig inschakelen actief is.
Standaardinstelling: AAN
Doorloop het menu totdat ':5-3 Exit Delay Beep' verschijnt. De huidige 
instelling wordt ook getoond.
Om de instelling te veranderen, druk op       .
Druk op       om de biep Inschakel Vertraging in te schakelen of
Druk op       om de biep Inschakel Vertraging uit te schakelen.
INSTELLING GEDEELTELIJK INSCHAKELEN 1
 
 
PROGRAMMEER
MODUS
6. SELECTIEF
INSCHAKELEN 1
6-1 Inschakel
Vertraging sec
Selecteer
AAN->*  AF->#
Input (1-250) Secs
Selecteer
AAN->*  AF->#
6-1 Biep Uitschakel
Vertraging: xxx
6-3 Biep Inschakel
Vertraging: xxx
Selecteer
AAN->*  AF->#