Samsung SMART CAMERA NX1000 Manuale Utente

Pagina di 180
Opnamefuncties
65
65
Opnamefuncties
Opnamefuncties
AF-modus
Hier vindt u informatie over de scherpstelmethoden van de camera.
U kunt een scherpstelmethode kiezen die bij het onderwerp past.  
De mogelijkheden zijn enkelvoudige autofocus, continu-autofocus en 
handmatige scherpstelling. De AF-functie (autofocus) wordt geactiveerd 
op het moment dat u [Ontspanknop] half indrukt. In de MF-modus 
(handmatige scherpstelling) moet u aan de scherpstelring op de lens 
draaien om handmatig scherp te stellen.
In de meeste gevallen is Enkelvoudige AF de geschikte methode. Snel 
bewegende onderwerpen en onderwerpen die eenzelfde kleur hebben 
als de achtergrond, zijn lastig scherp te krijgen. Kies voor dergelijke 
situaties een geschikte scherpstelmethode.
Als de lens voorzien is van een AF/MF-schakelaar, moet u de schakelaar 
instellen om een scherpstelmodus te selecteren. Zet de schakelaar op 
AF om Enkelvoudige AF of Continu AF te selecteren. Zet de schakelaar 
op MF om handmatig scherp te stellen.
Als de lens geen AF/MF-schakelaar heeft, drukt u op [
F] om de 
gewenste AF-modus te selecteren.
U stelt als volgt de 
autofocusmodus in:
 
Druk in de opnamemodus op [
F] 
 een optie.
Enkelvoudige AF
Enkelvoudige AF is geschikt voor niet-bewegende onderwerpen. 
Wanneer u [Ontspanknop] half indrukt, wordt er op het gedeelte van 
het beeld in het scherpstelgebied scherpgesteld. Het scherpstelgebied 
wordt groen wanneer er is scherpgesteld.