Panasonic CZ256ESMC3 Guida Al Funzionamento

Pagina di 204
190
Appendix
Appendix
Verbindingen met externe signalen
U kunt het gas en de elektriciteit die door de unit verbruikt is meten en alle units regelen door signalen 
naar en van externe uitrustingenuit te zenden en te ontvangen.
Raadpleeg de installatie-instructies voor details over de elektronica van externe signalen.
Pulsmeter ingang
U kunt het gas en de elektriciteit die verbruikt is meten door een pulsmeter aan te sluiten (debietmeter voor gas- en/of brandstof, 
elektriciteitsmeter).
Werking
Voor iedere puls wordt een telling gemaakt.
U dient de verbruikseenheden (m
3
, kWh of liters) per puls in te stellen in “Pulse meter settings” (Instellingen pulsmeter) (P.158).
Ingang batch stoppen
U kunt alle verbonden units automatisch stoppen met een extern signaal (een brandalarm bijvoorbeeld). (Met uitzondering van de binnenunits 
die ingesteld zijn om van de werking te worden buitengesloten).
Werking
Als de ingang op AAN staat, wordt het stopsignaal naar alle binnenunits gezonden.
Opmerking
 
y
Als de ingang voor batch stoppen en de ingang voor batch opstarten gelijktijdig op AAN staan, is de ingang voor batch stoppen geldig.
Ingang batch opstarten
U kunt alle units automatisch opstarten met een extern signaal. (Met uitzondering van de binnenunits die ingesteld zijn om van de werking te 
worden buitengesloten).
Werking
Als het ingangssignaal van UIT naar AAN schakelt, wordt het opstartsignaal naar alle binnenunits gezonden.
Uitgang batch alarm
Als een alarm of een fout optreedt op ongeacht welke van de verbonden units, zal dit apparaat een extern signaal verzenden. Dit signaal kan 
gebruikt worden door een alarmmonitor of een gelijkaardig apparaat.
Werking
Als een alarm of een fout optreedt op ongeacht welke verbonden unit, wordt het signaal van de intelligent controller naar het externe apparaat 
korter. Als het systeem teruggezet wordt, wordt het signaal van de intelligent controller geopend.
Uitgang batch opstarten
Als ongeacht welke verbonden unit in werking is, verstuurt dit apparaat een extern signaal.
Werking
Als ongeacht welke verbonden unit (inclusief interface-adaptors) in werking zijn, wordt het signaal van de intelligent controller naar het externe 
apparaat korter. Als alle verbonden units gestopt zijn, wordt het signaal van de intelligent controller geopend (ook wanneer alarmen of fouten 
opreden).