Panasonic DMCGH4EG Guida Al Funzionamento
71
3.
Gemakkelijk Opnemen
∫
Auto Focus, Gezichts-/Oogdetectie en Gezichtsherkenning
De Auto Focusmodus wordt automatisch op [š] gezet. Als u het onderwerp aanraakt, zal
de functie AF Tracking werken. De functie AF Tracking zal ook werken als u op [
de functie AF Tracking werken. De functie AF Tracking zal ook werken als u op [
] drukt
en de sluiterknop vervolgens tot halverwege indrukt (zie voor details over AF Tracking
.)
•
Als [
], [
] of [
] ingesteld is, zal scherp gesteld worden op het oog dat
zich het dichtst bij de camera bevindt terwijl de belichting geoptimaliseerd
zal worden voor het gezicht. In de Intelligent Auto Plus modus of de
Intelligent Auto modus kunt u het scherp gestelde oog niet veranderen.
([Gezicht/ogen detecteren])
zal worden voor het gezicht. In de Intelligent Auto Plus modus of de
Intelligent Auto modus kunt u het scherp gestelde oog niet veranderen.
([Gezicht/ogen detecteren])
•
Er zal een optimumscène voor het gespecificeerde onderwerp gekozen worden wanneer er
ingesteld wordt op AF-opsporing.
ingesteld wordt op AF-opsporing.
•
Wanneer [Gezicht herk.] op [ON] gezet is en een gezicht gedetecteerd wordt dat lijkt op het
geregistreerde gezicht, dan wordt [R] weergegeven op de rechter bovenkant van [
geregistreerde gezicht, dan wordt [R] weergegeven op de rechter bovenkant van [
], [
] en [
].
∫
De flitser
De flitsmodus is ingesteld op [Œ] wanneer de flitser gesloten is en op [
] (AUTO)
wanneer deze open is.
Wanneer de flitser open is, stelt de camera automatisch [
Wanneer de flitser open is, stelt de camera automatisch [
], [
] (AUTO/Rode-ogenreductie),
[
] of [
] in om overeen te doen komen met het soort onderwerp en helderheid.
•
Open de flits wanneer de flits gebruikt moet worden.
•
Wanneer [
] of [
] ingesteld is, is de rode-ogenverwijdering ingeschakeld.
•
De Sluitertijd zal langzamer zijn tijdens [
] of [
].
∫
Scènedetectie
•
Als bijvoorbeeld een statief gebruikt wordt en het toestel beoordeelt dat het schudden van het
toestel minimaal is wanneer de Scènedetectie als [
toestel minimaal is wanneer de Scènedetectie als [
] geïdentificeerd is, zal de sluitertijd lager
zijn dan normaal. Let op dat u het toestel tijdens het fotograferen niet beweegt.
•
Wegens omstandigheden zoals de hieronder genoemde, kan er een andere scène
geïdentificeerd worden voor hetzelfde onderwerp.
geïdentificeerd worden voor hetzelfde onderwerp.
–
Omstandigheden van het onderwerp: of het gezicht helder of donker is, de grootte, de kleur
en de vorm van het onderwerp, de afstand tot het onderwerp, het contrast van het
onderwerp, of het onderwerp beweegt
en de vorm van het onderwerp, de afstand tot het onderwerp, het contrast van het
onderwerp, of het onderwerp beweegt
–
Opnameomstandigheden: Zonsondergang, Zonsopgang, Onder omstandigheden van geringe
helderheid, Wanneer het toestel geschud (bewogen) wordt, Wanneer de zoom gebruikt wordt
helderheid, Wanneer het toestel geschud (bewogen) wordt, Wanneer de zoom gebruikt wordt
Tegenlichtcompensatie
•
Bij tegenlicht ziet het onderwerp er donkerder uit en zal de camera automatisch proberen om
dit te corrigeren door de helderheid van het beeld te verhogen.
In de Intelligent Auto Plus modus of de Intelligent Auto modus werkt de
tegenlichtcompensatie automatisch.
dit te corrigeren door de helderheid van het beeld te verhogen.
In de Intelligent Auto Plus modus of de Intelligent Auto modus werkt de
tegenlichtcompensatie automatisch.