Xerox 2101 ST Digital Copier/Printer ユーザーガイド

ページ / 464
1.3 Aanraakscherm gebruiken
16
Aan de
 sla
g
 me
t
u
w
 kopie
e
ra
pp
araa
t
1.3.2
Aanraakscherm
Het aanraakscherm bevindt zicht aan de linkerzijde van het bedieningspaneel. Hier worden berichten
en toepassingstoetsen weergegeven die nodig zijn voor het uitvoeren van een kopieeropdracht. Door
het paneel aan te raken met uw vingers, kunt u instellingen doorvoeren of de vereiste schermen
selecteren. In het volgende gedeelte worden de hoofdschermen gebruikt om de inhoud van het
scherm en de selectie van de toepassingstoetsen uit te leggen. Het aanraakscherm zal vanaf nu
display worden genoemd. Voor de inhoud op de display wordt vanaf nu scherm gebruikt.
Toetsen waarmee tussen modes kan worden geschakeld
U kunt deze toetsen gebruiken om te schakelen tussen kopieer- en serverbewerkingen.
Kopiëren selecteren voor het maken van kopieën.
Kopiëren en opslaan selecteren voor het maken van kopieën en het opslaan van het gescande
document op de server.
Opslaan in bestand selecteren om gescande documentgegevens op de server op te slaan..
Opbouw-opdracht selecteren op opbouw-opdrachtinstellingen te definiëren.
Bestanden bewerken/afdrukken selecteren om de namen van kopieerbestanden te wijzigen en
bestanden te scannen die zijn opgeslagen op de server, kopieerbestanden samen te voegen,
kopieerbestanden te dupliceren/verplaatsen, instellingen te wijzigen en kopieerbestanden af te drukken.
Scannen selecteren om originelen zoals foto’s en beeldgegevens te scannen. Gescande
origineelgegevens worden als scanbestanden in een mailbox opgeslagen. Scanbestanden die in
mailboxen zijn opgeslagen kunnen op client-computers worden gedownload.
Toetsen waarmee tussen 
modes kan worden 
Geheugen
Resterend papier