Xerox 2101 ST Digital Copier/Printer インストールガイド
4
4-50
Setup uitvoeren vanaf het bedieningspaneel
Lettertypebron
INTERN/LAADBAAR LETTERTYPE [INTERN]
INTERN/LAADBAAR LETTERTYPE [INTERN]
Geef de lettertypebron op die u wilt inschakelen.
Lettertypenummer
0-999 [0]
0-999 [0]
Geef een lettertypenummer op dat het standaardlettertype aangeeft dat moet worden
gebruikt door de Fiery EX2101.
gebruikt door de Fiery EX2101.
Druk de interne PCL-lettertypenlijst af om de lettertypenummers te bepalen.
De standaardlettertypen worden in volgorde weergegeven. De lettertypenummers
worden echter niet weergegeven.
De standaardlettertypen worden in volgorde weergegeven. De lettertypenummers
worden echter niet weergegeven.
Wijzigingen opslaan
Ja/Nee [Ja]
Ja/Nee [Ja]
Selecteer Ja om de wijzigingen in de PCL-instellingen toe te passen. Selecteer Nee om
naar het hoofdmenu van de Setup terug te keren zonder wijzigingen aan te brengen.
naar het hoofdmenu van de Setup terug te keren zonder wijzigingen aan te brengen.
Beheersfuncties in het menu Setup
De overige opties in het menu Setup zijn bedoeld als hulpmiddel bij het beheer
van afdruktaken, maar zijn niet vereist voor het afdrukken.
van afdruktaken, maar zijn niet vereist voor het afdrukken.
• Via
Takenlogb. inst.
geeft u op of u wilt dat de Fiery EX2101 het logboek met
afgedrukte taken automatisch afdrukt en wist.
• Met
Wachtwoord wijzigen
maakt of wijzigt u een beheerderswachtwoord op
de Fiery EX2101, zodat incidentele gebruikers niet zonder toestemming de
Setup-menu’s kunnen openen en instellingen wijzigen. Het beheerderswachtwoord
bestuurt ook veel functies die beschikbaar zijn vanuit de hulpmiddelen voor
taakbeheer. Zie
Setup-menu’s kunnen openen en instellingen wijzigen. Het beheerderswachtwoord
bestuurt ook veel functies die beschikbaar zijn vanuit de hulpmiddelen voor
taakbeheer. Zie
informatie over het instellen en wijzigen van het wachtwoord.
O
PTIES
VOOR
HET
TAKENLOGBOEK
INSTELLEN
1.
Kies de optie Takenlogb. inst. in het hoofdmenu van de Setup.
2.
Voer de opties in zoals wordt beschreven in de volgende sectie.
3.
Sla na afloop de wijzigingen op.