Xerox Phaser EX7750 プリント

ページ / 222
6
6-7
Inslaginstellingen
Kolommen
Klik op de pijl-omhoog of pijl-omlaag naast Kolommen om het aantal kolommen 
(maximaal vijf ) voor een opmaak op te geven. U kunt het gewenste aantal kolommen 
ook rechtstreeks in het veld Kolommen typen. Als u de waarde voor het aantal 
kolommen wijzigt, wordt de wijziging onmiddellijk weergegeven in het hoofdvenster, 
zowel in de opmaak- als de voorbeeldmodus.
Er is een wisselwerking tussen de waarde voor Kolommen en de waarden voor Rijen 
en Schaal. Als u een waarde kiest waardoor de inhoud de rand van het blad 
overschrijdt, geeft DocBuilder Pro een waarschuwing. Zie 
op pagina 6-13 voor meer informatie. 
Wanneer u de waarde voor Kolommen wijzigt, wordt een bericht weergegeven met 
de mededeling dat alle wijzigingen in aangepaste pagina’s (toevoegen, verwijderen, 
dupliceren) van de taak worden geannuleerd.
Printermarkeringen
Selecteer Printermarkeringen om snijlijnen, vouwlijnen en taakgegevens toe te voegen 
aan alle vellen in een taak. Zie 
 voor achtergrondinformatie over 
printermarkeringen.
O
PMERKING
Niet in alle opmaakmodellen worden alle printermarkeringen 
weergegeven. Als het in het geselecteerde opmaakmodel bijvoorbeeld niet vereist is dat 
het vel wordt gevouwen, worden vouwmarkeringen niet weergegeven, zelfs als u deze 
hebt geselecteerd in het dialoogvenster Markeringen definiëren.
Omdat de vereiste set markeringen per taak verschilt, kunt u met DocBuilder Pro 
de set met weergegeven printermarkeringen definiëren. Zo zijn bij gecombineerde 
visitekaartjes geen vouwlijnen nodig, terwijl deze wel vereist zijn bij een opmaakmodel 
Vouwlijn
Snijlijnen
Taaklabel