Cisco Cisco Unified Communications Manager Assistant for Unified CM 7.1 取り扱いマニュアル
Hoofdstuk 6 Voor managers—De telefoon gebruiken met Cisco IPMA in de modus voor een hulplijn
Gespreksfiltering gebruiken
6-14
Gebruikershandleiding Cisco IP Manager Assistant
OL-6608-01
Tabel 6-4
Instellingen voor gespreksfiltering
Instelling
Doel
Waar
Opmerkingen
Filtermodus Gebruik de instelling Filtermodus om
te kiezen tussen de filterlijsten Inclusief
en Exclusief.
en Exclusief.
Inclusief filteren—In deze modus
zendt Cisco IPMA binnenkomende
gesprekken waarvan het nummer
voorkomt in de inclusieve filterlijst
naar u; alle andere gespreksoproepen
worden omgeleid naar uw assistent.
zendt Cisco IPMA binnenkomende
gesprekken waarvan het nummer
voorkomt in de inclusieve filterlijst
naar u; alle andere gespreksoproepen
worden omgeleid naar uw assistent.
Exclusief filteren—In deze modus
leidt Cisco IPMA binnenkomende
gesprekken waarvan het nummer
voorkomt in de exclusieve filterlijst
om naar uw assistent; alle andere
gespreksoproepen worden aan u
gericht.
leidt Cisco IPMA binnenkomende
gesprekken waarvan het nummer
voorkomt in de exclusieve filterlijst
om naar uw assistent; alle andere
gespreksoproepen worden aan u
gericht.
In het Cisco IPMA-menu
op het LCD-scherm van
de telefoon kunt u
overschakelen tussen
inclusief filteren en
exclusief filteren.
op het LCD-scherm van
de telefoon kunt u
overschakelen tussen
inclusief filteren en
exclusief filteren.
Standaard is
inclusief filteren
ingeschakeld.
inclusief filteren
ingeschakeld.
Assistenten
kunnen de
filtermodus voor
u beheren met
Assistant
Console.
kunnen de
filtermodus voor
u beheren met
Assistant
Console.
Filterlijsten
Filterlijsten bevatten één of meer
telefoonnummers (geheel of
gedeeltelijk). Als bij een nieuwe
gespreksoproep filteren is ingeschakeld,
wordt de ID van de beller door
Cisco IPMA vergeleken met de
nummers in de actieve lijst. Als de
nummers overeenkomen, wordt de
gespreksoproep afhankelijk van de
actieve filterlijst (Inclusief of
Exclusief) aan u gericht of omgeleid
naar uw assistent.
telefoonnummers (geheel of
gedeeltelijk). Als bij een nieuwe
gespreksoproep filteren is ingeschakeld,
wordt de ID van de beller door
Cisco IPMA vergeleken met de
nummers in de actieve lijst. Als de
nummers overeenkomen, wordt de
gespreksoproep afhankelijk van de
actieve filterlijst (Inclusief of
Exclusief) aan u gericht of omgeleid
naar uw assistent.
Maak filterlijsten in het
venster Manager-
configuratie. Kies het
tabblad voor inclusief
of exclusief filteren.
venster Manager-
configuratie. Kies het
tabblad voor inclusief
of exclusief filteren.
Uw assistent kan
filterlijsten voor
u samenstellen.
Standaard zijn de
filterlijsten leeg.
filterlijsten voor
u samenstellen.
Standaard zijn de
filterlijsten leeg.
Aan/uit
-status
van filters
-status
van filters
Met de aan/uit-instelling voor filters
schakelt u het filteren in of uit.
schakelt u het filteren in of uit.
Als de functie is ingeschakeld, worden
alle gespreksoproepen onderschept en
afhankelijk van de instellingen
omgeleid.
alle gespreksoproepen onderschept en
afhankelijk van de instellingen
omgeleid.
Schakel het filteren in en uit
in het Cisco IPMA-menu op
het LCD-scherm van uw
telefoon. Druk op de knop
Services, kies
Cisco IPMA-service en
selecteer vervolgens Filter.
in het Cisco IPMA-menu op
het LCD-scherm van uw
telefoon. Druk op de knop
Services, kies
Cisco IPMA-service en
selecteer vervolgens Filter.
Filteren is
standaard
ingeschakeld.
standaard
ingeschakeld.