Samsung NX3000 ユーザーズマニュアル

ページ / 186
21
Fotografie-concepten en conventies
Scherptediepte
Portretten of stillevens worden meestal als mooi ervaren als de 
achtergrond onscherp is, zodat het onderwerp goed naar voren komt. 
Afhankelijk van het scherpgestelde gebied, kan een foto wazig of scherp 
zijn. Dit wordt de scherptediepte genoemd (Engels: DOF, 'depth of field').
De scherptediepte is het gebied rond het onderwerp dat scherp in beeld 
is. Een kleine scherptediepte duidt op een klein gebied dat scherp is en 
een grote scherptediepte op een groot gebied dat scherp in beeld is.
Een foto met een kleine scherptediepte, waarbij het onderwerp duidelijk 
naar voren springt en de rest onscherp is, kan worden gemaakt met een 
telelens of door een lage diafragmawaarde in te stellen. Een foto met een 
grote scherptediepte, waarbij alle elementen in de foto scherp in beeld 
zijn, kan worden gemaakt met een groothoeklens of door een hoge 
diafragmawaarde in te stellen.
Kleine scherptediepte
Grote scherptediepte
Wat bepaalt de vervagingseffecten?
Scherptediepte is afhankelijk van de diafragmawaarde
Hoe wijder het diafragma is (hoe lager de diafragmawaarde), des te kleiner 
de scherptediepte. Als de brandpuntsafstand gelijk is, geeft een lagere 
diafragmawaarde een foto met een lage scherptediepte.
50 mm F5.7
50 mm F22