Reely RtF 630 mm 1232130 ユーザーズマニュアル

製品コード
1232130
ページ / 112
104
17.    De eerste vlucht
Voor de eerste start moet de vliegaccu in overeenstemming met de aanwijzingen in hoofdstuk 10 worden opgela-
den. 
Met een batterijtester kunt u de resterende capaciteit van de zenderbatterijen testen. 
Nadat u nog een keer kort de functie van de motor en de uitslagen van het hoogte- en richtingsroer gecontroleerd 
heeft, is het model gereed voor de eerste vlucht. 
Kies een geschikte ruimte voor het gebruik van uw model. Voor de eerste vliegpogingen raden wij aan om een grote
weide, een sport- of modelvliegplein of een grote hangar of sporthal te gebruiken. Als u de eerste vlucht buiten uitvo-
ert, dan wacht u een dag af met weinig of geen wind.
  Belangrijk!
 
De motorlooptijd is afhankelijk van de vliegstijl en de buitentemperaturen. Bij lage buitentemperaturen daalt 
in principe het vermogen van de accu. 
 
Om de accu tegen diepontlading te beschermen, schakelt de elektronica de motor uit bij het bereiken van 
een bepaalde accu-restcapaciteit. De besturing van het model via de roerfuncties is vanaf dat moment 
slechts nog voor een paar minuten gegarandeerd. 
Wij raden u daarom aan om na het uitschakelen van de motor door middel van de onderspanningsherken-
ning, het vliegen ten laatste na 2 - 3 minuten zweefvliegen stop te zetten en de accu opnieuw op te laden. 
Als u dit niet in acht neemt, wordt de accu diepontladen en onherstelbaar beschadigd. Bovendien zal de 
ontvangstinstallatie het gebruik wegens onderspanning stopzetten. Het model is hierdoor niet meer bestu-
urbaar en stort neer. Verlies van garantie/waarborg!
a) De start
Principieel is het mogelijk het model alleen te starten. Voor de eerste vlucht raden wij u echter aan de hulp van een 
starthelper in te roepen, die het model met de hand start. Zo heeft u beide handen voor het sturen vrij en kunt u zich
geheel op het model concentreren.
Als u buiten vliegt, moeten de start en landing altijd tegen wind gebeuren. In een binnenruimte mag u niet in het 
midden van de ruimte, maar in een hoek starten. Zo hebt u voldoende plaats om een grote cirkel rond de ruimte te
vliegen.
  Onze tip: 
 
Om de vliegpositie van uw model nauwkeurig te kunnen zien, gaat u zijdelings achter de starthelper staan 
en kijkt u precies in de vliegrichting van het startende model.
Voor de start neemt de starthelper het model met duim en wijsvinger onder aan de romp onder de vleugels vast. Geef 
nu langzaam gas en laat de motor met vol vermogen lopen. De starthelper geeft daarop het model met een zachte 
zwaai recht naar voren vrij. 
Het model moet nu in een vlakke hoek naar boven opstijgen. Eventueel moet u hiervoor het motortoerental een beetje 
verminderen. Probeer hierbij zo min mogelijk te sturen. Pas wanneer het model vanzelf zijn vliegpositie verandert en 
bijv. een bocht vliegt, te snel stijgt of de neus naar beneden wil drukken, corrigeert u de vliegpositie met de noodza-
kelijke stuurcommando’s.