Reely remote control RtF 2100 mm 1289571 データシート

製品コード
1289571
ページ / 108
102
12.    Programmeren van de vliegregelaar
De in het model ingebouwde vliegregelaar is reeds af fabriek correct ingesteld. De neutrale stand (motor uit) wordt 
automatisch herkend. De motorrem, motortiming en het accutype kunnen worden geprogrammeerd.
a) Neutrale stand (motor uit)
De vliegregelaar herkent het stuursignaal van de zender voor de motorsturing automatisch. 
Als vb. de stuurknuppel voor de motorsturing bij de aansluiting van de vliegaccu niet in de stand „Motor uit“ (hendel is 
niet helemaal terug naar het lichaam getrokken), wordt de huidige stand van de stuurknuppel als „Motor uit“ herkend 
en bewaard. Dit heeft echter het nadeel dat nu voor de sturing van het motortoerental er een kortere mechanische stu-
urweg op de zender aanwezig is en dat mogelijks de toerentalregeling niet meer fijn genoeg kan worden ingesteld. 
Let daarom bij de aansluiting van de vliegaccu altijd op dat de stuurknuppel voor de motorsturing op de zender hele-
maal naar achter (in uw richting) getrokken is.
b) Motorrem
In de vliegregelaar is een motorrem geïntegreerd. Deze zogenaamde „EMK-rem“ heeft de taak ervoor te zorgen dat 
de motor na het stuursignaal „Motor uit“ onmiddellijk blijft staan (en dat er dus geremd wordt). 
Door deze omstandigheden loopt de motor tijdens de vlucht door de doorstromende lucht aan de propeller niet meer 
mee en de Klapp-propeller kan langs de romp liggen. Zo wordt de luchtweerstand tijdens een zuivere zweefvlucht 
verminderd.
De motorrem kan als volgt worden in- of uitgeschakeld:
•  Schakel de zender in en stel de stuurknuppel voor de motorsturing op volgas in.
•  Sluit daarna de vliegaccu aan de vliegregelaar aan.
•  De vliegregelaar zal na ca. 5 seconden een korte melodie met vier geluidssignalen weergeven. De vliegregelaar 
bevindt zich nu in de programmeermodus.
•  Zet na deze melodie de stuurknuppel van de zender in de achterste stand (motor uit).
•  De vliegregelaar signaleert met een geluidssignaal dat de motorrem geactiveerd is. Twee geluidssignalen geven 
aan dat de motorrem gedeactiveerd is. 
  De programmeermodus wordt daarop afgesloten en de vliegregelaar is gebruiksklaar.
c) Andere programmeermogelijkheden
Wilt u verdere instellingen uitvoeren, dan moet u de vliegregelaar van de vliegaccu ontkoppelen, de stuurknuppel voor 
de motorsturing opnieuw in de bovenste stand brengen, de vliegaccu opnieuw aan de vliegregelaar koppelen en de 
korte melodie met vier geluidssignalen afwachten (programmeermodus is geactiveerd). 
In de programmeermodus worden nu alle programmeermogelijkheden in een eindeloze lus met geluidssignalen gesi-
gnaleerd. Het aantal geluidssignalen staat voor de respectievelijke programmeermogelijkheid. Elke mogelijk program-
meerpunt wordt vijfmaal herhaald tot er automatisch naar het volgende programmapunt wordt overgegaan. De andere 
programmapunten worden in de volgende subhoofdstukken „e“ tot „h“ beschreven.