Reely 4WD RtR 2.4 GHz E16RTBL データシート

製品コード
E16RTBL
ページ / 140
116
g) Rijregelaar inschakelen
Schakel de rijregelaar in door de schuifschakelaar (zie afbeelding in hoofdstuk 9. f) in de richting van de rijregelaar 
te bewegen („ON“). Wacht dan een paar seconden (gas-/remhendel op de zender in de neutrale stand laten, niet 
bewegen). 
  Mocht de aandrijving van het voertuig starten, hoewel de gas-/remhendel op de zender zich in de neutrale 
stand bevindt, verstel dan de trimming op de zender tot de motor blijft staan. 
 
Wanneer de trimweg niet volstaat, dan is er een programmering van de neutrale stand nodig, zie hoofdstuk 
10. a).
Controleer nu de aandrijf- en stuurfuncties van het voertuig.
Voor een programmering van de rijregelaar let u op hoofdstuk 10. b)
  Belangrijk! 
 
Als een LiPo-accu als rijaccu wordt gebruikt, controleert u in de basisinstelling van de rijregelaar of de 
onderspanningsbescherming geactiveerd is (normaal gezien 3,0 V/cel). Bij uitgeschakelde onderspannings-
herkenning komt het anders tot een diepontlading van de LiPo-accu, wat deze vernietigt.
 
Als een NiMH-rijaccu wordt gebruikt, moet u de onderspanningsherkenning uitschakelen.
De LED op de rijregelaar dooft uit in de neutrale stand, resp. licht op bij vooruit en achteruit rijden. Bij vooruit rijden 
en volgas licht de LED groen op.
h) Carrosserie opzetten en bevestigen
Geleid het antennebuisje vanaf de onderzijde van de carrosserie door de overeenkomstige opening. Plaats nu de 
carrosserie in de juiste oriëntering op de houders en beveilig deze met de in het begin verwijderde 4 clips.
i) Voertuig besturen
Bedien de gas-/remhendel op de zender voor de rijfunctie enkel heel voorzichtig en rijd in het begin niet te snel tot u 
vertrouwd bent met de reacties van het voertuig op de bediening. Maak geen plotselinge of snelle bewegingen met 
de bedieningselementen van de zender.
Richt de antenne van de zender nooit rechtstreeks op het voertuig aangezien dit de reikwijdte sterk vermindert. De 
grootste reikwijdte bereikt u als de antenne van de zender en het voertuig telkens recht staat en parallel tegenover 
elkaar ligt.
Als het voertuig de neiging heeft om naar links of rechts te trekken, moet u de trim voor de besturing overeenkomstig 
instellen op de zender.
Bij het wisselen tussen vooruit- en achteruitrijden, dient de gas-/remhendel op de zender zich kort (ca. 1 seconden) in 
de neutraalstand te bevinden. (neutrale stand = hendel loslaten, niet bewegen). Als de gas-/remhendel op de zender 
direct zonder pauze van vooruit- naar achteruitrijden wordt getrokken, wordt het voertuig afgeremd (het voertuig rijdt 
NIET achteruit). 
Als de rijaccu leeg is, wacht u tenminste 5 - 10 minuten voor de volgende rit tot de motor en de rijregelaar voldoende 
zijn afgekoeld. Start pas daarna een nieuwe rit met een volle rijaccu.