Samsung SMART CAMERA NX200 사용자 설명서

다운로드
페이지 149
73
Opnamefuncties
Voor een realistische foto van een onderwerp moet de hoeveelheid licht 
constant zijn. Wanneer de lichtbron varieert, kunt u een flitser gebruiken 
en daarmee voor een constante hoeveelheid licht zorgen. Selecteer de 
juiste instellingen voor de lichtbron en het onderwerp.
U stelt als volgt 
flitsopties in:
 
Druk in de opnamemodus op [
f] 
 Flitser 
► 
een optie.
Flitsopties
Pictogram
Beschrijving
Uit: De flitser niet gebruiken.
Smart Flitser: De camera past automatisch de helderheid 
van de flits aan de hoeveelheid omgevingslicht aan.
Auto: Op donkere plaatsen gaat de flitser automatisch af.
Automatisch rode ogen onderdrukken*: De flitser gaat 
automatisch af en voorkomt rode ogen.
Invulflits: Bij elke foto wordt de flitser gebruikt.
Invulflits + Rode ogen: Bij elke foto wordt de flitser gebruikt 
en worden rode ogen verminderd.
Pictogram
Beschrijving
1e gordijn: Er wordt onmiddellijk 
na het openen van de 
sluiter een flits afgevuurd. Er 
wordt vroegtijdig in de actie 
een duidelijke foto van het 
onderwerp gemaakt. 
Bewegingsrichting van bal
2e gordijn: Er wordt vlak voor 
het dichtgaan van de sluiter een 
flits afgevuurd. Er wordt laat in 
de actie een duidelijke foto van 
het onderwerp gemaakt. 
Bewegingsrichting van bal
• 
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare opties 
verschillen.
• 
Er zit een korte tijd tussen twee afgevuurde flitsen. Beweeg de camera niet 
totdat de tweede flits is uitgevoerd.
• 
U kunt de flitseropties en de flitssterkte alleen aanpassen wanneer u de 
exclusieve externe flitser voor de NX gebruikt. 
• 
U kunt een foto maken met een flitser die niet volledig is opgeladen, maar 
het wordt aanbevolen een volledig opgeladen flitser te gebruiken. 
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde flitsers. Gebruik van 
incompatibele flitsers kan de camera beschadigen. 
Flitser