Pentax KP 작동 가이드

다운로드
페이지 162
3
Opna
men
 ma
ken
64
De correctiewaarde kan worden ingesteld tussen -5 en +5 LW 
(-2 en +2 LW in de stand C).
1
Druk op J en draai 
vervolgens aan R.
e en de correctiewaarde worden 
tijdens instelling getoond op het 
statusscherm, Live weergave-
scherm en in de zoeker.
Beschikbare bedieningshandelingen
t Memo
• Met Bracketing kunt u opnamen maken terwijl de belichting 
automatisch wordt aangepast. (p.74)
• U kunt andere functies toekennen aan J (Z). Ook kunt 
u [Belichtingscorrectie] toewijzen aan X of Y. (p.114) 
Wanneer [Belichtingscorrectie] is toegewezen aan het 
functiewiel, kunt u de instelling wijzigen met behulp van de 
Smart-functie. (p.21, p.117)
Selecteer het gedeelte van de sensor dat moet worden gebruikt 
voor het meten van de helderheid en het bepalen van de 
belichting bij [Autom. lichtmeting] van de menu's A1 en C1.
t Memo
• In [5 Kopp. AE en AF-punt] van menu E1 kunnen het 
meetpunt en het AF-punt aan elkaar worden gekoppeld.
• De meetmethode kan ook worden ingesteld met behulp van 
de Smart-functie. (p.21)
Belichtingscorrectie
J
Start/beëindigt de wijziging van de 
correctiewaarde.
M
Stelt de instelwaarde terug naar de 
standaardinstelling.
1/
1/
250
250
1600
1600
FF
5.6
5.6
99999
99999
Autom. lichtmeting
A1/C1
A Meervlaks
Meet de helderheid in meerdere 
verschillende zones van de sensor.
Op locaties met tegenlicht wordt in 
deze stand de belichting automatisch 
aangepast.
B Centraal
Meet de helderheid met een nadruk 
op het midden van de sensor.
De gevoeligheid wordt groter in het 
midden en ook in omstandigheden 
met tegenlicht wordt geen 
automatische afstelling uitgevoerd.
C Spot
Meet de helderheid alleen in een 
beperkt gebied in het midden van 
de sensor.
Nuttig wanneer het onderwerp klein is. 
Er vindt geen automatische 
aanpassing plaats, ook niet in 
omstandigheden met tegenlicht.
KP-OPM-NL.book  Page 64  Tuesday, February 14, 2017  5:47 PM