Brother HL-1870N Guia Do Utilizador

Página de 149
HOOFDSTUK 13 PROBLLEMEN OPLOSSEN 
13-4
 
3.  Als geen van de in stap 2 vermelde verbindingen tot stand kunnen 
worden gebracht, controleert u het volgende: 
 
d. 
Controleer dat de printer aanstaat en on-line is.  
 
e. 
Controleer de bekabeling en de netwerkaansluiting en druk tevens 
een configuratiepagina in de Network STATISTICS informatie af 
om te zien of er bytes worden verzonden en ontvangen. 
 
f. 
Controleer of er lampjes branden of knipperen. 
 
De afdrukservers uit de NC-3000/4000 serie hebben drie lampjes. Deze 
lampjes kunnen worden gebruikt voor het analyseren van problemen. 
 
• 
L- lampje (groen): verbindingsactiviteiten 
Dit lampje brandt als er een geldige verbinding met het netwerk 
bestaat (10BaseT of 100BaseTX). Het is uit als er geen netwerk 
wordt waargenomen. 
• 
F-lampje (oranje): Fast Ethernet 
Dit lampje brandt als de afdrukserver is aangesloten op een 
100BaseTX Fast Ethernet-netwerk. Het is uit als de afdrukserver is 
aangesloten op een 10BaseT-netwerk. 
• 
A-lampje (groen): transmissie-activiteiten 
Dit lampje knippert gesynchroniseerd met de transmissie- of 
ontvangststatus. 
Afdrukservers uit de NC-2000 serie hebben andere lampjes. 
Raadpleeg de netwerkhandleiding van de NC-2000 serie voor 
nadere informatie. 
 
4.  Als u een repeater of een hub gebruikt, controleert u dat de SQE 
(heartbeat) op de hub is uitgeschakeld (indien van toepassing). Als u een 
hub of een repeater met meerdere poorten gebruikt, controleert u 
bovendien dat de hub of repeaterpoort in orde is door de afdrukserver op 
een andere poort of op een andere hub of repeater met meerdere poorten 
te gebruiken. 
 
5.  Als zich tussen de afdrukserver en de host-computer een bridge of router 
bevindt, controleert u dat het apparaat zo is ingesteld, dat de 
afdrukserver gegevens met de host kan uitwisselen. Een bridge kan 
bijvoorbeeld zo worden ingesteld, dat alleen bepaalde soorten 
Ethernetadres kunnen passeren (dit wordt ook wel filtering genoemd). 
De configuratie van een dergelijke bridge moet derhalve zodanig worden 
gewijzigd, dat adressen van Brother-afdrukservers kunnen passeren. 
Evenzo kan een router zo worden ingesteld, dat alleen bepaalde 
protocollen worden geaccepteerd, en het is derhalve zaak dat u 
controleert dat het gewenste protocol aan de afdrukserver kan worden 
doorgegeven. 
 
6.  Als de taak vanuit de afdrukwachtrij wordt doorgestuurd maar niet wordt 
afgedrukt, kan dit betekenen dat u een tekstbestand op een PostScript-
printer probeert af te drukken. Als uw printer automatisch kan schakelen 
tussen talen, mag de printer niet in PostScript-modus geforceerd zijn.