Polar CS500 Manual Do Utilizador

Página de 37
Kies STOP als uw sensor al geprogrammeerd is.
Zie anders Een nieuwe accessoire gebruiken (pagina 26) voor meer informatie over programmeren.
Vermogen
Stel de Polar Power Output Sensor
ON
(Aan) /
OFF
(Uit) in
Power SET
(Vermogen instellen).
Als u de vermogenssensor
ON
(Aan) inschakelt, verschijnen de volgende instellingen.
1.
Kettinggewicht
: stel het kettinggewicht in gram in. Bevestig de ingestelde waarde met OK.
2.
Kettinglengte
: stel de kettinglengte in mm in. Bevestig de ingestelde waarde met OK.
3.
Spanlengte
: stel de spanlengte in mm in. Bevestig de ingestelde waarde met OK.
Voorbeelden van kettinggewichten en -lengtes (Vanwege de variatie van de metingen kan Polar niet
verantwoordelijk worden gehouden voor hun geldigheid.)
Gewicht
Lengte
Shimano Dura-Ace CN-7700
Super narrow HG
280 g
1473 mm
Shimano Dura-Ace CN-7701
Ultegra CN-HG92, 105
HG72,105 HG73
280 g
1473 mm
Shimano Sora CN-HG50
335 g
1473 mm
Campagnolo Record 2000,
ketting voor 10 versnellingen
260 g
1473 mm
Campagnolo kettingen voor 10
versnellingen Chorus, Centaur
274 g
1473 mm
Campagnolo Veloce, Mirage en
Xenon
277 g
1473 mm
Voor precieze waarden moeten alle instellingen zo nauwkeurig mogelijk zijn. Kettinglengte en -gewicht
zijn rechtstreeks evenredig aan de vermogenswaarde. Als die bijvoorbeeld 1% fout zijn, dan is de
vermogenswaarde ook 1% fout.
Het is niet nodig om kettinglengte en -gewicht opnieuw in te voeren als schakels zijn verwijderd. Het systeem
gebruikt kettingdichtheid (gewicht/lengte). Het verwijderen van schakels uit de ketting heeft geen invloed op
de dichtheid.
4.
Power TEACH?
(Vermogen programmeren)
Kies STOP als uw sensor al geprogrammeerd is.
Zie anders Een nieuwe accessoire gebruiken (pagina 26) voor meer informatie over programmeren.
Hoogte-instellingen
Kalibreer de hoogtemeter om te zorgen dat de meting nauwkeurig blijft.
Handmatig kalibreren: stel de referentiehoogte altijd in als een betrouwbare referentie beschikbaar is,
zoals een piek of een topografische kaart, of wanneer u zich op zeeniveau bevindt.
Automatisch kalibreren: bij gebruik van automatisch kalibreren kunt u de beginhoogte bij de start van de
training altijd op dezelfde waarde instellen. Kalibreer de hoogte handmatig en schakel de automatische
kalibratie in. Van nu af aan zal deze hoogte bij aanvang van de training altijd als basishoogte worden
gebruikt bij automatische hoogtekalibratie. Als automatische kalibratie is ingeschakeld en u de
fietscomputer handmatig kalibreert, wordt deze nieuwe waarde gebruikt als een nieuwe beginhoogte voor
automatisch kalibreren.
Selecteer automatisch kalibreren als u altijd in dezelfde omgeving traint om de juiste hoogtewaarden te
waarborgen.
NEDERLANDS
Instellingen
23