Panasonic DMCZX1 Guia De Utilização

Página de 175
Gevorderd (Opname van beelden)
- 100 -
∫ Over [ƒ] [1-zone-focussing (Hoge snelheid)]
U kunt sneller scherpstellen op het object dan in de andere AF-functies.
Het beeld kan even stoppen met bewegen voordat er scherpgesteld wordt wanneer u de 
ontspanknop tot de helft indrukt. Dit is geen storing.
∫ Opzetten van [
] (AF-opsporing)
Aantekening
Dynamische opspoorfunctie kan er niet in slagen te vergrendelen, het onderwerp verliezen in 
AF-opsporing of ander onderwerp opsporen afhankelijk van de opnameomstandigheden zoals 
die, die hieronder staan.
Wanneer het onderwerp te klein is
Waneer de opnameplaats te donker of te helder is
Wanneer het onderwerp te snel beweegt
Wanneer de achtergrond dezelfde of soortgelijke kleur heeft als het onderwerp.
Wanneer er zich golfstoring voordoet
Wanneer u de zoom gebruikt
Als deze er niet in slaagt te vergrendelen, zal de AF-zone rood knipperen en verdwijnen. Druk 
weer op 4.
AF-opsporing zal niet werken wanneer het onderwerp niet gespecificeerd is, het onderwerp 
verloren is gegaan of er niet in geslaagd is opgespoord te worden. Het beeld zal in dat geval 
gemaakt worden met [Ø] in [AF MODE].
[GEZICHT HERK.] werkt niet wanneer AF-opsporing actief is.
[
] zal niet werken tijdens AF-opsporing.
Het is niet mogelijk [
] in [PANORAMA ASSIST], [STERRENHEMEL], [VUURWERK], 
[SPELDENPRIK], [ZANDSTRAAL] en [HOGE DYNAMIEK] in Scènefunctie in te stellen. 
Het is niet mogelijk om [
] in [B/W], [SEPIA], [COOL], of [WARM] in [KLEURFUNCTIE] in te 
stellen.
Het focusbereik is 3 cm (Breed)/1 m (Tele) tot ¶.
1
Breng het onderwerp naar de 
AF-opsporingsframe en druk op 
4 om 
het onderwerp te vergrendelen.
A AF-volgframe (wit)
B AF-volgframe (geel)
De frames van AF-opsporing zal continu 
scherp stellen op de beweging van het 
onderwerp wanneer het onderwerp 
eenmaal herkend is.
AF-opsporing wordt uitgezet wanneer er 
weer op 4 gedrukt wordt. 
Voor het 
vergrendelen
Vergrendeld
2
Maak de opname.
A
B